38
Er storingen optreden.
Er schade zichtbaar is aan de behuizing van het apparaat.
Het apparaat is blootgesteld aan extreme belastingen.
Het apparaat onjuist is opgeborgen.
Merktekens of labels op het apparaat onleesbaar zijn.
Het is raadzaam om een apparaat dat defecten en beschadigen vertoont of waarvan dit wordt
vermoed, terug te sturen naar
i.safe MOBILE GmbH
voor onderzoek.
EX-RELEVANTE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Het gebruik van dit apparaat veronderstelt dat de gebruiker de normale veiligheidsvoorschriften
naleeft en zowel de handleiding, de veiligheidsinstructies en het certificaat heeft gelezen en
begrepen. De volgende veiligheidsvoorschriften moeten in acht worden genomen:
Het apparaat mag alleen buiten explosiegevaarlijke zones via de ISM-interface op de IS530.1
worden aangesloten!
Om de IP-bescherming te kunnen waarborgen, moet worden verzekerd dat alle afdichtin-
gen correct op het apparaat zijn aangebracht. Tussen de beide apparaathelften mag geen
grote spleet te zien zijn.
Bij gebruik in Ex-zones moet het apparaat stevig op de ISM-interface worden bevestigd.
Stel het apparaat niet bloot aan bijtende zuren of logen.
Het apparaat mag alleen in de zones 1, 2, 21 of 22 worden gebracht.
Gebruik alleen toebehoren dat door i.safe MOBILE is goedgekeurd.
EX-RELEVANTE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR NOORD-AMERIKA
Toelatingsvoorwaarden:
De barcodescanner IS-TH1xx.1 moet worden beschermd tegen stoten met een hoge stootener-
gie, tegen buitensporige emissie van UV-licht en tegen hoge elektrostatische ladingsprocessen.
De 13-pins connector van de IS-TH1xx.1 mag alleen buiten explosiegevaarlijke omgevingen
worden gemonteerd of gedemonteerd van de ISM-interface.
De 2 pins laadcontacten van de IS-TH1xx.1 mogen alleen worden gebruikt in niet-gevaarlijke
omgevingen.
Reparatie door onbevoegden is niet toegestaan.
Het apparaat is bestemd voor gebruik in vervuilingsgraad 2 of beter.
Op de laadcontacten mag alleen de daarvoor bestemde lader worden aangesloten.
Niet geschikt voor gevaarlijke locaties wanneer de behuizing beschadigd is.
OVERIGE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
LET OP
Laserlicht. Kijk niet in de laserstraal, laserklasse 2, 630 - 680 nm, 1 mW.
„Plaats het apparaat niet in omgevingen met extreme temperaturen, omdat dit tot
verhitting van de accu kan leiden wat brand of een explosie tot gevolg kan hebben.“
Gebruik het apparaat niet op plaatsen waar het gebruik verboden is.
Stel het apparaat niet bloot aan krachtige elektrische magneetvelden, zoals die bijv. worden
opgewekt door inductieovens of magnetrons.
Open het apparaat niet zelf en voer ook zelf geen reparaties uit. Onvakkundige reparaties