NL
|
Gebruiksaanwijzing
• De punt van de snijdraad zal tijdens gebruik slijten;
hierdoor zal het snijzwad worden verminderd. Als de
draad niet geregeld wordt verlengd, zal er slijtage aan
het oog optreden. Als de trimmer stopt, zal de draad
iets gaan ontspannen en kan deze iets terugtrekken in
de maaikop. Als dit gebeurt, moet de trimmer worden
losgekoppeld, moet de spoel worden verwijderd en
moet de draad opnieuw door de oogjes worden geleid
waarna de spoel weer moet worden gemonteerd.
• Vermijd het verhitten van objecten met de draad, zoals
hekken met kettingschakels of beton, aangezien hier-
door snelle slijtage kan optreden.
• Sleep de maaikop nooit over de grond tijdens het
maaien.
DE SNIJDRAAD VERLENGEN
(Fig. 10)
Volg deze stappen om de snijdraad automatisch te
verlengen:
• Tik de bumperknop voorzichtig op de grond terwijl de
motor draait. Houd de bumperknop niet op de grond.
Opmerking
: Het snijmes op de veiligheidsbescherming
zal de draad op de juiste lengte afsnijden.
Opmerking:
Om te vermijden dat de draad verstrikt
raakt, tikt u slechts één keer om de draad af te korten.
Als er meer draad is vereist, dient u enkele seconden
te wachten voordat u weer de bumperknop kunt aan-
tikken. Houd de draadlengte bij of nabij een volledige
snijdiameter.
HET VERWISSELEN VAN DE SPOEL
(Fig. 11)
Eerst het apparaat uitschakelen en de stekker uit het
stopcontact halen. Wacht tot de nylondraad tot stilstand
is gekomen. Daarna de beide vergrendelingen aan de
zijkant van de snijkop indrukken en de deksel (35) van
de snijkop naar er afhalen. De lege draadspoel eruit
halen en de nieuwe spoel (37) er zo inzetten dat er
een draadeinde aan de zijkant van de snijkop uit elk
uitlaatoog steekt. Let er op, dat de veer (39) op de juiste
wijze onder de draadspoel zit. Daarna de deksel er weer
op drukken. De beide vergrendelingen moeten correct
inklikken.
DE BOSMAAIER BEDIENEN
Houd de bosmaaier vast met uw rechterhand op de
triggergreep en plaats uw linkerhand op de linkergreep.
Zorg voor een goede grip van beide handen tijdens
gebruik. De bosmaaier moet in een comfortabele positie
worden gehouden, met de triggergreep op ongeveer
heuphoogte. Zorg dat u grip behoudt en dat u met beide
voeten stevig staat. Positioneer uzelf dusdanig dat u niet
uw evenwicht verliest bij een eventuele terugslag van het
snijmes. Pas de schouderband aan om de bosmaaier in
een comfortabele gebruikspositie te brengen, en om er
voor te zorgen dat de schouderband enig risico voor de
gebruiker tot een minimum beperkt. Wees uiterst voor-
zichtig wanneer u het mes gebruikt in combinatie met
dit apparaat. Er kan terugslag ontstaan als het draaiend
mes in aanraking komt met iets wat niet kan worden
gesneden. Hierdoor kan het mes even stilstaan en kan
het apparaat plotseling van het geraakte object „wegge-
duwd“ worden. Deze reactie kan dusdanig krachtig zijn
dat de gebruiker de controle over het apparaat verliest.
Deze terugslag kan ontstaan zonder enige waarschu-
wing als het mes wordt vastgegrepen, blijft staan of vast-
zit. Dit kan optreden in gedeeltes waar het lastig is om te
zien welk materiaal wordt gesneden. Voor eenvoudig en
gemakkelijk snijden, dient u het onkruid dat moet worden
gemaaid van rechts-naar-links te benaderen. Als u dan
een onverwacht object of houtachtige takken tegenkomt,
kan dit de terugslag minimaliseren.
9. MES
Het mes met 3 meskanten is geschikt voor het snijden
van onkruid en licht struikgewas. Als het mes stomp
wordt, kan deze worden gedraaid om de levensduur van
het mes te verlengen. U mag het mes niet slijpen.
WAARSCHUWING:
Wees extra zorgvuldig met
het gebruik van de messen om een veilig ge-
bruik te waarborgen. Lees de veiligheidsinformatie
voor een veilig gebruik van het mes. Raadpleeg
de „Specifieke veiligheidsvoorschriften voor bos
-
maaiers en het gebruik van het mes“ in deze
handleiding.
• Houd de bosmaaier altijd stevig vast met beide han-
den. Zorg voor een goede grip op beide grepen.
• Zorg dat u grip behoudt en dat u met beide voeten
stevig staat. Positioneer uzelf dusdanig dat u niet uw
evenwicht verliest bij een eventuele terugslag van het
snijmes.
• Controleer op en ontdoe het gedeelte van enige ver-
borgen objecten zoals glas, stenen, beton, hekwerk,
kabels, hout, metaal, enz.
• Gebruik de messen nooit nabij trottoirs, hekken, stij-
len, gebouwen, of andere onverplaatsbare objecten.
• Gebruik het mes nooit nadat u een hard voorwerp
heeft geraakt zonder eerst het mes te controleren
op enige schade. Gebruik het mes niet als u enige
schade waarneemt.
• De machine wordt gebruikt als een zeis, snijden van
rechts-naar-links met een brede zwaaibeweging.
10. SERVICE
Onderhoud vereist uiterste zorgvuldigheid en kennis en
mag uitsluitend worden uitgevoerd door een erkende on-
derhoudsmonteur. Wij adviseren u om het product te re-
tourneren naar een ERKEND SERVICECENTRUM voor
reparatie. Tijdens het onderhouden, mogen uitsluitend
identieke originele onderdelen worden gebruikt.
NL-11