Op de uitklapbare pagina 3 vindt u een
overzicht van de bedieningselementen en
de aansluitingen.
1
Overzicht van de bedienings-
elementen en aansluitingen
1.1 Frontpaneel
1 USB-interface om een USB-stick in te pluggen
2 Display
3 Toets DEL om individuele tracks te wissen
(
hoofdstuk 5.13)
4 Toets REC voor de opname- en kopieerfunctie
(
hoofdstuk 5.11 en hoofdstuk 5.12)
5 Toets FUNC voor het omschakelen van de sig-
naalbron; melding op het display:
USB
= USB-aansluiting (1)
CARD = kaartslot (9)
AUX
= ingang AUX INPUT (17)
6 Toets [STOP*] om het afspelen te beëindigen
7 Toets
[PLAY/PAUSE*] om tussen afspelen
en pauze om te schakelen
8 Toetsen
[REV*] en
[CUE*] om een track
te selecteren en snel vooruit en achteruit te
zoeken
Een track selecteren
Telkens u op de toets
[CUE], gaat u een
track verder; door op de toets
[REV] te
drukken, keert u terug naar het begin van de
track; telkens u daarna op de toets drukt,
gaat u een track terug.
snel vooruit/achteruit zoeken
Om snel vooruit te zoeken, houdt u de toets
[CUE] ingedrukt, om snel achteruit te
zoeken de toets
[REV].
9 Sleuf voor het insteken van een SD/MMC-
kaart
10 Infraroodsensor voor de afstandsbedienings-
signalen
11 POWER-schakelaar
12 Toetsen VOL voor het instellen van het uit-
gangsniveau van de jacks OUTPUT (16)
13 Toetsen FOLDER voor het selecteren van de
eerste track in een andere map:
Met de toets
▶
gaat u naar de eerste track van
de volgende map, en met de toets
◀
naar de
eerste track van de vorige map.
14 Cijfertoetsen om een track rechtstreeks te se-
lecteren, b.v.:
Tracknr. Toetsen
4
4, [PLAY/
PAUSE*]
27
2, 7,
135
1, 3, 5,
1.2 Achterzijde
15 Jack 12 V
voor de bedrijfsspanning van 12 V
Centercontact = positieve pool
vereiste laagspanningsstekker 5,5/2,1 mm
(buiten-/binnendiameter)
16 Audio-uitgang met lijnniveau
(linker en rechter kanaal)
17 Opname-ingang AUX INPUT voor aansluiting
van een signaalbron met lijnuitgang (b.v. cd-
speler, radio)
1.3 Afstandsbediening
3 – 8 en 11 – 14
Deze toetsen hebben dezelfde functies als de
toetsen op het apparaat.
18 Toets REPEAT voor de herhalingsfuncties
1ste keer drukken op de toets
(melding REPEAT)
De geselecteerde track wordt continu
herhaald.
2de keer drukken op de toets
(melding REPEAT ALL)
Alle tracks in het opslagmedium worden
continu herhaald.
3de keer drukken op de toets
(melding REPEAT ALBUM)
Alle tracks in de geselecteerde map wor-
den continu herhaald.
4de keer drukken op de toets (melding
REPEAT verdwijnt van het display)
De herhalingsfunctie is uitgeschakeld.
19 Toets INTRO om de tracks telkens kort voor te
beluisteren gedurende 10 sec (melding INTRO)
20 Toets PROG om voor het samenstellen van
een eigen reeks tracks naar de programmeer-
modus te schakelen (
hoofdstuk 5.10)
21 Toets FIND
– 1ste keer kort drukken op de toets: tracks
alfabetisch zoeken (
hoofdstuk 5.4.3)
– 2de keer kort drukken op de toets: map-
zoekfunctie (
hoofdstuk 5.4.4)
– 3de keer kort drukken op de toets: zoek-
functie uitgeschakeld
NL
B
28
*opschrift op de afstandsbediening
