5.9 Het geluid dempen
Om het geluid te dempen, drukt u op de toets MUTE
(23) van de afstandsbediening. Om het geluid weer
in te schakelen, drukt u opnieuw op de toets.
5.10 Eigen reeks tracks samenstellen
Als u een selectie van tracks in een bepaalde volg-
orde wenst af te spelen, kunt u een reeks van max.
64 tracks programmeren. Om te programmeren
moet u de nummering van de mappen kennen,
want voor elke te programmeren track moet het bij-
behorende nummer van de map worden ingevoerd
(
hoofdstuk 5.4.4).
1) De speler moet in de stopstand staan (melding
STOP), druk evt. op de toets
[STOP*] (6).
2) Schakel de programmeermodus in met de toets
PROG (20) op de afstandsbediening. Op het
display staat “000 P-01” en in de bovenste
regel verschijnt de melding PROGRAM.
3) Selecteer eerst het nummer van de map waarin
zich de eerste track bevindt die u voor de reeks
tracks wenst vast te leggen. Dit is ook vereist,
als alle tracks in de hoofdmap ROOT zonder
map staan. De hoofdmap heeft het nummer 1.
Selecteer de mapnummers met de toetsen
[REV*] en
[CUE*] (8) of voer ze in met
de cijfertoetsen (14). Druk op de toets PROG
om op te slaan. De drie nullen voor de melding
“P-01” knipperen om aan te geven dat het
tracknummer kan worden ingevoerd.
4) Selecteer het nummer van de eerste track voor
de trackreeks met de toetsen
[REV] en
[CUE] of voer het in met de cijfertoetsen. Let er
bij tracks in mappen op dat nu niet alle tracks
op het opslagmedium zijn doorgenummerd,
maar dat telkens de eerste track in een map het
nummer 1 heeft.
5) Om op te slaan, drukt u opnieuw op de toets
PROG. Het display springt naar het volgende
geheugenplaatsnummer “P-02”.
6) Herhaal de stappen 3 – 5 voor alle volgende
gewenste tracks tot de volledige reeks tracks is
geprogrammeerd.
7) Om de reeks tracks te starten, drukt u op de
toets (7)
[PLAY/PAUSE*].
8) Met de toetsen
[REV] en
[CUE] kunt u
track van de reeks selecteren, of u kunt door de
betreffende toets ingedrukt te houden de func-
tie Snel vooruit/achteruit zoeken binnen een
track activeren.
9) Na het afspelen van een reeks tracks of bij het
drukken op de toets
[STOP] schakelt de spe-
ler naar de stopstand, en de melding PRO-
GRAM verdwijnt van het display. Indien u de
reeks tracks opnieuw wilt starten, drukt u eerst
op de toets PROG en dan op de toets
[PLAY/PAUSE].
Opmerking: Een geprogrammeerde reeks tracks wordt
gewist, als naar een ander opslagmedium wordt omge-
schakeld, als op de toets
[STOP] in de programmeer-
modus wordt gedrukt en als het apparaat wordt uitge-
schakeld.
5.11 Audio-opnamen
1) Op het opslagmedium mag de schrijfbeveili-
ging niet geactiveerd zijn; schakel de beveili-
ging evt. uit.
2) Als u op een SD / MMC-kaart wilt opnemen, mag
er geen USB-stick ingestoken zijn. Indien zowel
SD / MMC-kaart als USB-stick ingestoken zijn,
gebeurt de opname steeds op de USB-stick.
3) Druk enkele keren op de toets FUNC (5) tot op
het display de melding AUX verschijnt. Op deze
manier hebt u voor de opname als signaalbron
een apparaat geselecteerd dat op een van de
jacks AUX INPUT (17) is aangesloten.
4) Voor de opname kunnen drie verschillende
overdrachtssnelheden worden ingesteld. U kunt
kiezen uit volgende overdrachtssnelheden:
REC HIGH = 192 kbit / s
REC LOW = 96 kbit / s
REC MID
= 128 kbit / s
Bij inschakelen van de DPR-10 is steeds REC
MID ingesteld.
Om een andere overdrachtssnelheid in te stel-
len, houdt u de toets REC (4) ingedrukt: De vol-
gende overdrachtssnelheid is geselecteerd en
wordt op het display weergegeven. Behoud de
weergegeven overdrachtssnelheid of selecteer
de volgende door op de toets REC te klikken.
Na enkele seconden wordt opnieuw de melding
AUX op het display weergegeven, en de laatst
weergegeven overdachtssnelheid wordt inge-
steld.
5) Druk op de toets REC om de opname te star-
ten. Het apparaat bereidt de opname voor en
op het display knippert 3 seconden lang de
melding REC WAIT. Zodra de opname start,
verschijnt de melding
r EC
AUX.
Als het displaybericht echter naar REC USB
wisselt, dan is er een SD / MMC-kaart en een
USB-stick ingestoken. U kunt nu alleen op een
USB-stick opnemen (zie bedieningsstap 2); de
opname start pas als u opnieuw op de toets
REC drukt.
Opmerking: Als de melding REC NG verschijnt,
werd de opname niet gestart of afgebroken. Moge-
lijke oorzaak: De schrijfbeveiliging is nog geacti-
NL
B
32
*opschrift op de afstandsbediening