54
NL
TYPEPLAATJE
Afmetingen
breedte 43,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 43,5 cm.
Inhoud
liter 60
Afmetingen
(modellen met
zelfreinigende
panelen)
breedte 43,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 40 cm.
Inhoud (modellen
met zelfreinigende
panelen)
liter 56
Elektrische
aansluitingen
spanning 220-230V ~ 50/60Hz of
50Hz (zie typeplaatje)
maximum vermogen 2250W
Richtlijn 2002/40/EG op etiket van
elektrische ovens.
Norm EN 50304
ENERGY LABEL
Energieverbruik verklaring Klasse
convectie Natuurlijk
verwarmingsfunctie:
Traditioneel
Dit apparaat voldoet aan de
volgende EU Richtlijnen:
- 2006/95/EEG van 12/12/06
(laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen;
- 2004/108/EEG van 15/12/04
(elektromagnetische compatibiliteit)
en daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen
- 2002/96/EC en daaropvolgende
wijzigingen
Monteren voedingskabel
1. Licht de lipjes aan
de zijkant van het
deksel van het
klemmenbord op met
een schroevendraaier:
trek het deksel van het
klemmenbord open (
zie
afb.).
2. De voedingskabel in
werking stellen: draai
de schroef van de
kabelklem en de drie
schroeven van de
contacten L-N-
los,
en bevestig de draden
onder de schroeven
met inachtneming van
de kleuren: Blauw (N)
Bruin (L) Geel-Groen
(
zie afbeelding).
3. Maak de kabel vast
aan de daarvoor
bestemde kabelklem.
4. Sluit het deksel van het klemmenbord.
Het aansluiten van de voedingskabel aan het net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje(
zie hiernaast).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet men tussen het apparaat en het
net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een
afstand tussen de contacten van minstens 3mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en
voldoend aan de geldende normen (de aarding mag
niet worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat
hij nergens een temperatuur bereikt die 50°C hoger
is dan de kamertemperatuur.
!
De installateur is verantwoordelijk voor de correcte
elektrische verbinding en het in acht nemen van de
geldende veiligheidsnormen.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
• het stopcontact geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
• het stopcontact in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te verdragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje (
zie onder );
• de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje (
zie onder);
• het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het
stopcontact te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
!
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten het
snoer en het stopcontact makkelijk te bereiken zijn.
!
De kabel mag niet worden gebogen of
samengedrukt.
!
De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd
en mag alleen door erkende monteurs worden
vervangen (
zie Service).
! De fabrikant kan niet verantwoordelijkheid worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
N
L