22
NL
Onderhoud
Afsluiten van water en stroom
Doe de kraan dicht na iedere wasbeurt. Hiermee
reduceert u de kans op lekkage.
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de was-
droogmachine gaat schoonmaken en gedurende
onderhoudswerkzaamheden.
Schoonmaken van de wasdroog-
machine
De buitenkant en de rubber onderdelen kunnen met
een spons en lauw sopje worden schoongemaakt.
Nooit schuurmiddelen of oplosmiddelen gebruiken!
Het wasmiddellaatje schoonmaken
Verwijder het laatje door
het op te lichten en naar
voren te trekken
(
zie afbeelding
).
Was het onder stro-
mend water: dit moet u
regelmatig doen.
Reinigen van deur en trommel
Laat de deur altijd op een kier staan om muffe lucht
te vermijden.
Reinigen van de pomp
De wasdroogmachine is voorzien van een zelf-
reinigende pomp en hoeft dus niet te worden
schoongemaakt. Het kan echter gebeuren dat
kleine voorwerpen (geldstukken, knopen) in het
voorvakje terecht komen dat de pomp beschermt
en zich aan de onderkant bevindt.
Verzeker u ervan dat het wasprogramma klaar is
en trek de stekker uit het stopcontact.
Toegang tot het paneel:
1. verwijder het paneel-
tje aan de voorkant van
de wasdroogmachine
met behulp van een
schroevendraaier
(
zie afbeelding
);
2. draai de deksel eraf,
tegen de klok in
draaiend (
zie afbeelding
):
het is normaal dat er een
beetje water uit komt;
3. maak de binnenkant goed schoon;
4. schroef de deksel er weer op;
5. monteer het paneeltje weer, met de haakjes in de
betreffende openingen voordat u het paneeltje
tegen de machine aan drukt.
Controleer de slang van de
watertoevoer
Controleer minstens eens per jaar de slang van de
watertoevoer. Als er barstjes in zitten moet hij vervan-
gen worden: gedurende het wassen kan de hoge
waterdruk onverwachts scheurtjes veroorzaken.
Nooit reeds eerder gebruikte slangen gebruiken.