ACCU'S 5
NL-21
6.
Test iedere accucel en noteer de standen
(gecorrigeerd naar 27°C). Een verschil van vijftig
punten tussen de stand van twee cellen (bijvoorbeeld
1,250 - 1,200) duidt op een probleem met de cel(len)
met de lage stand.
7.
Naarmate een accu ouder wordt, neemt de relatieve
dichtheid van de elektrolyt bij volledige lading af. Dit is
geen reden om de accu te vervangen, mits het
verschil tussen de cellen onderling niet groter is dan
vijftig punten.
8.
Aangezien de test met de zuurweger wordt uitgevoerd
als reactie op het minder goed functioneren van een
voertuig, dient het voertuig bijgeladen en de test
herhaald te worden. Als de resultaten wijzen op een
zwakke cel, moet(en) de accu('s) worden verwijderd
en vervangen door een accu van hetzelfde merk, type
en ongeveer dezelfde ouderdom, waarvan u weet dat
hij goed functioneert.
Temperatuurcorrectie voor zuurwegerstanden
Figuur 5E
AAN
VLOTTERSTAND
TOEVOEGEN
VAN
VLOTTERSTAN
D AFTREKKEN
A
B
C
D
VOORBEELD 1
Temperatuur boven 27°C
Stand van zuurweger 1,240
Elektrolyttemperatuur 43,5°C
43,5°
−
27°C = 16,5; 3 x 0,004 = 0,012
1,240 + 0,012 = 1,252
gecorrigeerde stand van relatieve
dichtheid
VOORBEELD 2
Temperatuur onder 27°C
Stand van zuurweger 1,240
Elektrolyttemperatuur
−
1°C
27°
−
(
−
1°C) = 28; 5 x 0,004 = 0,020
1,270
−
0,020 = 1,250
gecorrigeerde stand van relatieve
dichtheid
E
TR010
TR018