NL
Bepaalde bacteriën zijn voor dit proces verantwoordelijk. Door de afzonderlijke tussenfasen, dat
wil zeggen ammonium, nitriet en nitraat, te meten, kan men het wel of niet “functioneren” van het
systeem aquarium bepalen. Het gehalte aan ammonium en nitriet mag onder normale omstan-
digheden niet boven een concentratie van 0,2 mg/l (ppm) oplopen. Indien dit toch het geval is,
is de bacteriehuishouding eventueel gestoord. Veel medicijnen tegen visziektes kunnen nuttige
bacteriën aantasten en zo een verhoging van het nitrietgehalte veroorzaken. Onder normale
omstandigheden in een goed verzorgd aquarium met een goed functionerende biologische
fi
lter,
respectievelijk in een goed aangelegde vijver is nitriet niet meetbaar. Net als ammoniak is nitriet
erg giftig voor vissen. Afhankelijk van de gevoeligheid van de vissoort kan een concentratie tus-
sen 0,5 en 1 mg/l (ppm) al dodelijke gevolgen hebben. Over het algemeen kan gesteld worden
dat zeewatervissen en jonge vissen gevoeliger zijn dan volwassen vissen.
Tegenmaatregelen:
Op korte termijn: ca. 50 % van het water verversen.
Op lange termijn:
Aquarium: nuttige bacteriën toevoegen met behulp van JBL Denitrol en JBL FilterStart. Een
doelmatige biologische
fi
lter inbouwen; de hoeveelheid voer verminderen, eventueel de
vispopulatie verminderen, in zoet water een pH van 7-7,5, in zeewater een pH van 7,9-8,5
aanhouden.
Vijver: nuttige bacteriën toevoegen met behulp van JBL BactoPond en JBL ActivoPond. In-
dien nog niet voorhanden een goede biologische
fi
lter installeren. Eventueel moet het gehele
ontwerp van vijver en apparatuur worden gewijzigd; heeft de vijver bijvoorbeeld voldoende
bodemgrond, is er een moeraszone aanwezig, zijn andere factoren niet in orde?
Aanwijzingen:
1. Beide testbuisjes meerdere malen met het te onderzoeken water spoelen.
2. Met de bijgevoegde spuit ieder testbuisje met 5 ml van het te testen water vullen.
3. Aan één van de buisjes vijf druppels reagens 1 en vervolgens 5 druppels reagens 2 toevoe-
gen, en na iedere toevoeging de reagens met het water vermengen door het buisje licht te
schudden. Nu laten staan tot de kleurverandering volledig heeft plaats gevonden (duurt ca.
3 minuten).
4. Beide testbuisjes in het comparatorblokje plaatsen: het buisje met reagens aan het “gladde”
kant van het blokje en het buisje met het onbehandelde water (blind monster) aan kant van
het blokje met de inkeping.
5. Het comparatorblokje met de twee testbuisjes met inkeping naar de waarden wijzend over de
kleurenscala heen en weer schuiven tot de kleur van het met reagens vermengde monster
met de kleur onder het blinde monster overeenkomt.
6. Het nitrietgehalte in de inkeping van de comparator a
fl
ezen.
Nadere uitleg over de betekenis van het stikstofsysteem (ammonium – nitriet – nitraat) in een
aquarium vindt u in de JBL brochure “Wat, hoe, waarom?”, deel 2, respectievelijk in deel 8 dat
over tuinvijvers gaat.
Waarschuwingen en veiligheidsvoorschriften met betrekking tot reagens 1:
Bevat azijnzuur < 20 %
Waarschuwingen:
Irriterend voor de ogen en de huid
Veiligheidsvoorschriften:
Achter slot en buiten bereik van kinderen bewaren
Damp niet inademen
Bij een ongeval of indien men zich onwel voelt, onmiddellijk een arts raadplegen (indien mogelijk
hem of haar dit etiket tonen)
Bij aanraking met de ogen onmiddellijk met overvloedig water afspoelen en deskundig medisch
advies inwinnen