© JUNG Hebe- und Transporttechnik GmbH
Elektrisch aangedreven onderstellen JLA-e 5/12 G met hefbeweging en JLA-e 15/30 G met hefbeweging
Nederlands
- 165 -
Een absolute voorwaarde om veilig te werken is de
kennis van de voorschriften voor de preventie van
ongevallen (hier: DGUV voorschrift 68 vloertrans-
portmiddelen) en van de geldende richtlijnen van de
beroepsverenigingen. Meer informatie vindt u onder
de Duitse voorschriften BGG 941 (Keuringsboek voor
handmatig aangedreven vloertransportmiddelen) en
BGI 582 (Veiligheid en bescherming van de gezondheid
bij transport- en opslagwerkzaamheden).
Verder moeten de geldende voorschriften voor de
desbetreffende branche of de desbetreffende gebruiks-
locatie en het desbetreffende gebruiksdoeleinde in acht
worden genomen. Daartoe behoren ook de voorschrif-
ten in verband met gevaarlijke stoffen.
De onderstellen zijn geconstrueerd en bestemd voor
gebruik onder gewone atmosferische omstandigheden
en temperaturen tussen -5° en 45°C.
De werknemers, die belast zijn met het transport van
lasten en die in dit verband gebruik maken van deze
onderstellen, moeten regelmatig, maar minstens één
keer per jaar door een gekwalificeerde persoon worden
geschoold. Het louter overhandigen of uithangen van
voorschriften, gebruiksaanwijzingen of waarschuwings-
borden volstaat daarbij niet. Vóór het gebruik van de
onderstellen moet de bediener ervoor zorgen dat er zich
geen andere personen onmiddellijk bij de transportlast
bevinden of deze aanraken.
Wanneer de onderstellen onder belasting zijn,
• mogen er geen personen onder de transportlast
komen.
• mag het onderstel niet onbeheerd worden achter-
gelaten.
• moet het gebruik door ongeautoriseerde personen
worden verhinderd.
• mogen er geen voorwerpen onder de transportlast
liggen.
• moet de verwittiging van alle personen die betrokken
zijn bij het hef- en transportproces verzekerd zijn, in
het bijzonder bij onderbroken visueel contact tussen
de personen.
1.4 Afbeeldingsmiddelen
> Handelingsinstructie
Wijst op belangrijke informatie en tips
voor de omgang met het toestel.
1.5 Persoonlijke beschermingsmiddelen
Alle personen, die tot het bedieningspersoneel behoren,
moeten persoonlijke beschermingsmiddelen dragen.
Daartoe behoren veiligheidsschoenen, een veiligheids-
helm, veiligheidshandschoenen, werkkleding en een
veiligheidsbril.