22
Nederlands
Montage
Afdekking van het vuilreservoir vervangen
Voordat de schoonmaakrobot met het afzuigstation kan
worden gebruikt, moet de afdekking van de vuilcontai-
ner aan de onderkant van de robot worden terugge-
plaatst.
Vervolgens moet het nieuwe meegeleverde stofreser-
voir worden geplaatst, waarin de afzuigopeningen zit-
ten. Het oude vuilreservoir kan niet worden gestofzuigd
omdat het niet de nodige openingen heeft.
몇
VOORZICHTIG
Gevaar voor letsel en beschadiging!
De plaat eruit duwen met werktuigen (schroevendraai-
er, enz.) kan letsel of schade aan het toestel veroorza-
ken.
Gebruik geen werktuigen om de afdekking naar buiten
te duwen.
1. Druk op een willekeurige toets.
De reinigingsrobot stopt.
2. Verwijder het stofreservoir (zie gebruiksaanwijzing
RCV 5).
LET OP
Beschadigingsgevaar
Beschadiging aan LiDARS mogelijk.
Plaats het apparaat niet direct op zijn kop om schade te
voorkomen. Gebruik het kartonnen inzetstuk van de
verpakking van de schoonmaakrobot.
3. Draai de schoonmaakrobot om en plaats hem sta-
biel in het kartonnen inzetstuk van de schoon-
maakrobot.
Afbeelding B
4. Druk met je handen op beide gemarkeerde punten
totdat de hechting van de afdekking loslaat.
Afbeelding C
5. Draai de schoonmaakrobot om en verwijder de ou-
de afdekking.
6. Verwijder de beschermfolie van de plakstrip van de
nieuwe afdekking.
7. Plaats de nieuwe afdekking met de openingen met
de kleefstrip naar beneden en druk ze op haar
plaats.
Afbeelding D
8. Plaats het nieuwe meegeleverde stofreservoir (zie
gebruiksaanwijzing RCV 5).
Kabelmanagement monteren
Afbeelding E
1. Druk het kabelmanagement aan de achterkant van
het apparaat in de voorziene openingen tot het
hoorbaar vastklikt en maak de kabel er indien nodig
aan vast.
Inbedrijfstelling
Station opstellen
●
Kies de locatie zo dat de reinigingsrobot het oplaad-
station gemakkelijk kan bereiken.
●
Zorg voor een afstand van ten minste 0,5 m links en
rechts van het oplaadstation en een afstand van ten
minste 1,5 m vóór het oplaadstation.
●
De locatie mag niet aan direct zonlicht blootstaan.
1. Het oplaadstation opstellen
Afbeelding F
2. Steek de apparaatstekker in de kabelhouder aan de
achterkant van het station.
3. Wikkel het netsnoer rond het kabelmanagement en
leid het door het kanaal.
4. De netstekker insteken.
Reinigingsrobot verbinden met het
oplaadstation
1. Plaats de reinigingsrobot in het oplaadstation.
Er verschijnt een nieuwe knop met het symbool "op-
laadstation" in de app.
Instructie
Als de nieuwe knop met het symbool "oplaadstation"
niet verschijnt in de app, moet er een firmware-update
worden uitgevoerd via de app. Na de firmware-update
moeten de reinigingsschema's opnieuw worden aange-
maakt.
Zolang de schoonmaakrobot zich in het oplaadstation
bevindt, wordt de knop met het symbool "oplaadstation"
zwart weergegeven in de app en kan deze worden inge-
drukt om het afzuigproces te starten.
Als de schoonmaakrobot een schoonmaakbeurt uit-
voert of een kaart aan het maken is, wordt de knop met
het symbool "oplaadstation" grijs weergegeven in de
app en kan deze niet worden ingedrukt.
Werking
Handmatige afzuiging starten
In de regel gebeurt het afzuigen van de schoonmaakro-
bot automatisch. Indien nodig kan het afzuigen echter
ook handmatig worden gestart.
1. De schoonmaakrobot moet eerst in het oplaadstati-
on staan voor handmatige afzuiging.
2. Houd de knop "Terug naar oplaadstation" op de
schoonmaakrobot 3 seconden ingedrukt of druk op
de knop met het symbool "oplaadstation" in de app
totdat het afzuigen begint.
Vervoer
몇
VOORZICHTIG
Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Houd bij het vervoer rekening met het gewicht van het
apparaat.
Opslag
몇
VOORZICHTIG
Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Houd bij de opslag rekening met het gewicht van het ap-
paraat.
Brandt blauw
De afzuiging draait.
Brandt rood
Er is een fout opgetreden.
Uit
De schoonmaakrobot is opgela-
den en staat in de slaapstand of
de modus "niet storen".
Led-indicatie
Status
Summary of Contents for RCV 5 Base
Page 2: ...A...
Page 3: ...B C D E F G...
Page 58: ...58 1 2 RCV 5 3 B 4 C 5 6 7 D 8 RCV 5 E 1 0 5 1 5 1 F 2 3 4 1 1 2 3 1...
Page 59: ...59 1 2 3 4 5 6 RCV 5 G 1 2 1 0 C 35 C 1 0 C 35 C 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1...
Page 94: ...94 1 2 RCV 5 LiDAR 3 B 4 C 5 6 7 D 8 RCV 5 E 1 0 5 1 5 1 F 2 3 4 1 1 2 3 1 2 3 4 5 6 RCV 5...
Page 110: ...110 1 2 RCV 5 3 B 4 C 5 6 7 D 8 RCV 5 E 1 0 5 1 5 1 F 2 3 4 1 1 2 3 1 2 3 4 5 6 RCV 5...
Page 114: ...114 1 2 RCV 5 LiDARS 3 B 4 C 5 6 7 D 8 RCV 5 E 1 0 5 1 5 1 F 2 3 4 1 1 2 3 1...
Page 115: ...115 1 2 3 4 5 6 RCV 5 G 1 0 C 35 C 1 0 C 35 C 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1...
Page 118: ...119 3 4 1 1 2 3 1 2 3 4 5 6 RCV 5 1 0 35 1 0 35 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 LED 1 1 1 1...
Page 121: ......
Page 122: ......
Page 123: ......