78
RLM 4
NL
4.5.2
Begrenzingskabel leggen (01)
De begrenzingskabel kan zowel op het gazon
worden gelegd of kan 10 cm onder het gazonop-
pervlak worden ingewerkt. Het inwerken onder
het gazonoppervlak kan door uw dealer uitge-
voerd worden.
Beide varianten kunnen met elkaar gecombi-
neerd worden.
LET OP!
Gevaar voor beschadi-
ging van de begren-
zingskabel
Als de begrenzingskabel
beschadigd of doorgesne-
den wordt is de overdracht
van de besturingssignalen
naar het apparaat niet
meer mogelijk. In dat geval
moet de begrenzingskabel
gerepareerd of vervangen
worden. Begrenzingska-
bels zijn verkrijgbaar bij
Kärcher.
■ Leg de begrenzingska-
bel altijd direct op de
grond. Bevestig hem in-
dien nodig met een ex-
tra gazonpen.
■ Bescherm de begren-
zingskabel bij het leg-
gen en tijdens de wer-
king tegen beschadigin-
gen.
■ Graaf en verticuteer niet
in de buurt van de be-
grenzingskabel.
1. Bevestig de begrenzingskabel met regelmati-
ge afstanden met gazonpennen of leg hem
ondergronds (max. 10 cm diep).
2. Begrenzingskabel om obstakels heen leggen:
zie
Hoofdstuk 4.5.3 "Obstakels afzetten", pa-
3. Doorgangen tussen de afzonderlijke maaiop-
pervlakken aanleggen: zie
Hoofdstuk 4.5.4
"Doorgangen afzetten (01/h)", pagina 79
4.
Te grote stijgingen of dalingen afzetten: zie
Hoofdstuk 4.5.5 "Hellingen afzetten", pagi-
na 79
.
5.
Kabelreserves aanleggen: zie
Hoofdstuk
4.5.6 "Kabelreserves aanleggen (07)", pagi-
na 79
.
6.
Sluit de begrenzingskabel na het leggen aan
op de aansluiting (03/b) van het laadstation:
zie
Hoofdstuk 4.5.1 "Begrenzingskabel op
het laadstation aansluiten (03/b)", pagina 77
4.5.3
Obstakels afzetten
Afhankelijk van de omgeving van het werkge-
deelte moet de begrenzingskabel met verschil-
lende afstanden t.o.v. de obstakels worden ge-
legd. Gebruik voor de bepaling van de juiste af-
stand de liniaal die van de verpakking afgehaald
kan worden.
OPMERKING
Afzettingen zijn alleen noodzakelijk als
ze door de stootsensoren van het appa-
raat niet kunnen worden herkend. Ver-
mijd te veel of onnodige afzettingen.
Afstand t.o.v. muren, hekken, bloembedden:
min.
20
cm (01)
Het apparaat beweegt met een afstand naar bui-
ten van
20
cm langs de begrenzingskabel. Leg
daarom de begrenzingskabel met een afstand
van ten minste
20
cm t.o.v. muren, hekken of
bloembedden.
Afstand t.o.v. terrasranden en getegelde
paden (05)
Als de rand van het terras of het pad hoger is dan
het gazon moet er een afstand van ten minste
20
cm aangehouden worden. Als de rand van het
terras of het pad op gelijke hoogte van het gazon
ligt kan de kabel precies op de rand worden ge-
legd.
Summary of Contents for RLM 4
Page 427: ...457462_a 427 RU 1 1 1...
Page 433: ...457462_a 433 RU 2 9 0 3 3 1 CE 500 2 45 24 45 24 0 45 C 0 55 C 3 2...
Page 434: ...434 RLM 4 RU 3 3 3 3 1 PIN PUK PIN PIN PIN 3 PUK 24 PIN PUK PIN PUK 3 3 2...
Page 435: ...457462_a 435 RU 24 45 EGMF 3 4 3 4 1 16 3 4 2...
Page 436: ...436 RLM 4 RU 3 4 3 3 4 4...
Page 448: ...448 RLM 4 RU 9 3 K rcher 1 ON OFF 2 3 4 5 180 6 180 K rcher 10 1 START STOP 2 ON OFF 3...
Page 449: ...457462_a 449 RU 11 11 1 30 1 5 1 08 441 2 9 1 447 3 11 2 1 2 3 4 1 2 3 4 08 4 5 11 3 1 12...
Page 450: ...450 RLM 4 RU 2012 19 EC Hg Cd Pb Hg 0 0005 Cd 0 002 Pb 0 004 2006 66 EC 1 2 3 1 1 2 2 3 3 4...
Page 451: ...457462_a 451 RU 13 13 1 K rcher K rcher...
Page 452: ...452 RLM 4 RU K rcher K rcher K rcher K rcher 13 2 CN001 Tilt sensor CN002 Lift sensor...
Page 459: ...457462_a 459 UA 1 1 1...
Page 466: ...466 RLM 4 UA 24 PIN PUK PIN PUK 3 3 2 24 45 EGMF...
Page 467: ...457462_a 467 UA 3 4 3 4 1 16 3 4 2 3 4 3 3 4 4...
Page 468: ...468 RLM 4 UA 3 4 5 4 4 1 1 2 K rcher 3 p 2 1 460 4 2 01 01 1 01 01 h n 01 01 HF 01 NF...
Page 480: ...480 RLM 4 UA 11 2 1 2 3 4 1 2 3 4 08 4 5 11 3 1 12 ElektroG 2012 19 C...
Page 481: ...457462_a 481 UA BattG Hg Cd Pb Hg 0 0005 Cd 0 002 Pb 0 004 2006 66 C 1 2 3 1 1 2 2 3 3 4...