115
Het apparaat zorgt ervoor dat de temperatuur gehandhaafd blijft zolang het in werking is en
wordt gebruikt onder normale gebruiksomstandigheden. De temperatuur in het apparaat en
het energieverbruik kunnen door veel factoren worden beïnvloed: omgevingstemperatuur,
blootstelling aan de zon, aantal deuropeningen en opgeslagen hoeveelheid… Kleine
temperatuurschommelingen zijn volkomen normaal.
6. UITRUSTING
Het klimatiseersysteem
Volgens de aanbevelingen van specialisten is de ideale temperatuur om wijn te bewaren ongeveer 12 °C,
binnen een marge van 10 tot 14 °C. Dat mag niet worden verward met de serveertemperatuur, die varieert
tussen 5 en 20 °C, afhankelijk van de wijnsoort.
Het is vooral belangrijk om plotse temperatuursveranderingen te vermijden. Dit apparaat werd ontworpen
door specialisten voor wijnliefhebbers. In tegenstelling tot een gewone koelkast, houdt dit apparaat
rekening met de gevoeligheid van 'grand cru'-wijnen voor plotse temperatuursveranderingen door een
constante gemiddelde temperatuur te garanderen.
Het anti-trillingssysteem
De koelcompressor is voorzien van speciale schokdempers (de
silent-blocks
) en de binnenruimte is van
de buitenzijde geïsoleerd door een dikke laag polyurethaanschuim. Deze kenmerken voorkomen het
doorgeven van trillingen aan uw wijnen.
Het anti-UVsysteem
Licht versnelt de veroudering van uw wijnen. In onze wijnkasten met volle deuren worden uw wijnen op
natuurlijke wijze beschut, op voorwaarde dat u de deur niet te vaak opent. Dit model met glazen deur
heeft een speciale behandeling ondergaan zodat het schadelijke ultravioletstralen filtert, zodat uw
wijnen perfect beschermd worden.
De winterfunctie
De winterfunctie is een antivriessysteem waarmee de kelder kan werken in een omgeving met een temperatuur
tussen 5 en 32°C. Deze weerstand is van een laag vermogen om een plotselinge stijging van de temperatuur van
de wijn te voorkomen en aldus schadelijke thermische schokken voor het behoud van de wijn te voorkomen. De kit
is bedoeld om de interne temperatuur van de kelder te verwarmen nog voordat een warmte-uitwisseling met de
flessen is gedaan.
Ontdooien
Uw apparaat is uitgerust met een automatische ontdooicyclus. Tijdens de stilstand van de koelcyclus
worden de gekoelde oppervlakken van het apparaat automatisch ontdooid. Het op die manier
opgevangen dooiwater wordt afgevoerd naar een verdampingsbak voor condensaatwater, die zich vlak
bij de compressor op de achterkant van het apparaat bevindt. De warmte die door de compressor
geproduceerd wordt, verdampt vervolgens de condensaten die in de bak opgevangen werden.
Houten planken
Om beschadiging van de deurafdichting te voorkomen, moet de deur volledig open zijn voordat u de
houten planken om de flessen op of af kunt trekken te trekken.
▪ Om gemakkelijker toegang te krijgen tot de inhoud van de houten planken, moet u de houten plank
naar buiten schuiven. Ze zijn echter ontworpen met een stop aan elke kant om te voorkomen dat de
flessen vallen.
Verbeterde beveiliging