Verwijder de bougie en giet ongeveer een
8.
lepel zuivere olie in de cilinder. Laat de motor
een paar keer draaien om de olie goed in
de cilinder te verdelen, monteer daarna de
bougie weer.
Trek aan het startkoord totdat u weerstand
9.
voelt en draai de klep daarna dicht. Op die
manier voorkomt u dat er stof binnendringt en
worden de cilinders tegen roest beschermd.
Dek de motor af om stof ervan
10.
verwijderd te houden.
LOKALISEREN VAN PROBLEMEN
Als de motor niet start met de terugslagstarter:
1. Staat de motorschakelaar op de stand ON?
2. Zit er genoeg motorolie in?
3. Staat de brandstofkraan op ON?
4. Zit er benzine in de tank?
5. Komt er benzine bij de carburateur?
Om te controleren moet u de aftapplug van
de carburateur los draaien en de kraan open
draaien (afb. 18).
afb. 18
Aftapplug
WAARSCHUWING
Als er benzine gemorst is moet u controleren
of het gebied droog genoeg is alvorens de
bougie te controleren of de motor te starten.
Gemorste benzine of de dampen ervan
kunnen ontvlammen.
6. Brengt de bougie vonken voort?
Maak de bougiekap los. Verwijder het
k)
vuil dat zich eventueel rondom de voet
gevormd heeft en verwijder daarna de
bougie
Doe de kap weer op de bougie.
l)
Aard de elektrode aan de zijkant met
m)
het motorblok, trek aan de terugslagstarter
om te controleren of er in de vrije ruimte
een vonk is.
Neem contact op met de dealer als er zich
één van de hierboven genoemde problemen
voordoet.
NL
56