35
NL/BE
Schakel de AAN-/UIT-knop weer op de po-
sitie „ON“, voordat u het product weer in
de haken op de montageplaat hangt.
Gebruik in de winter
Vanwege weinig zonlicht kan de oplaadcapaci-
teit van de batterijen
10
in de winter afnemen en
kunnen daardoor de prestaties van het product
afnemen. Controleer daarom ook in de winter of
de zonnecel
6
ondanks het weinige zonlicht de
gehele dag uit de schaduw blijft. Verwijder zo
nodig ijs of sneeuw. Als de verlichtingsduur van-
wege de weersomstandigheden niet voldoende is,
kunt u de batterijen
10
met een externe oplader
opladen of kunt u deze vervangen (zie Batterijen
vervangen).
Reiniging en onderhoud
Schakel het product voor de reiniging uit.
Gebruik voor de reiniging een iets vochtige,
pluisvrije doek en een mild reinigingsmiddel.
Controleer voornamelijk de sensor
7
en de
zonnecel
6
regelmatig op verontreiniging.
Reinig de sensor en de zonnecel regelmatig
om een goede werking te kunnen waarborgen.
Houd de zonnecel voornamelijk in de
winter sneeuw- en ijsvrij.