127
Voor de omgang met machines die
draaien op benzine
• Bescherm het apparaat tegen harde sto-
ten en laat het niet vallen. Als het appa-
raat wordt blootgesteld aan schokken,
controleer dan direct of er brandstof vrij-
komt (brand- en explosiegevaar!).
• Vergiftigingsgevaar door uitlaatgassen!
Het starten van de motor en het gebruik
van het apparaat in gesloten ruimtes is
verboden.
• Het brandstofsysteem regelmatig op lek-
ken of defecte onderdelen controleren.
• Vóór transport, aftanken, reinigen en
onderhoud de motor altijd uitschakelen.
Over de omgang met brandstoffen
Brandstoffen zijn ontvlambaar en
explosief. Verminder het risico op explosie
en brand:
• Schakel de motor uit en laat hem afkoe-
len vooraleer u gaat tanken.
• Tijdens de omgang met brandstoffen zijn
roken en open vuur verboden.
• Brandstoffen uitsluitend in goedgekeurde
en gemarkeerde jerrycans opslaan en
mengen.
• Brandstoffen achter slot en grendel
opslaan. Brandstoffen verdampen ook bij
omgevingstemperatuur en kunnen zich in
gesloten ruimtes op de bodem ophopen
(explosiegevaar).
• Start het toestel op minstens enkele
meters van de tankplaats.
Brandstoffen zijn giftig! Ze bevatten
stoffen die direct giftig zijn en ook op den
duur schade aan de gezondheid kunnen
veroorzaken. Neem de
voorzorgsmaatregelen in acht om
opname van de stoffen in het lichaam te
vermijden:
• Uitsluitend in de openlucht of in goed
geventileerde ruimtes tanken of brand-
stof bijvullen.
• Geen brandstofdampen inademen.
• Huid- en oogcontact vermijden.
• Bij het overgieten handschoenen dragen.
• Als brandstof op de kleding komt, dient u
zich direct te verkleden. Reinig de kleding
alvorens deze weer te dragen.
• Brandstoffen buiten bereik van kinderen
bewaren.
Brandstoffen vormen bij ondeskundig
gebruik een gevaar voor de omgeving:
• Brandstof voorzichtig omgieten. Brand-
stof mag niet in de aarde of in het riool
terechtkomen.
• Grondstofresten dienen volgens de voor-
schriften afgevoerd te worden. Nooit met
het huisvuil meegeven.
• Brandstoffen hebben slechts een
beperkte opslagduur. Uitsluitend hoe-
veelheden inkopen die binnen enkele
maanden verbruikt kunnen worden.
Veiligheidsinstructies voor
gazonmaaiers
• Apparaat altijd goed met beide handen
vasthouden.
• Nooit in de buurt van vijvers of zwemba-
den werken.
• Neem de plaatselijke voorschriften voor
rusttijden in acht.
• Let op bij het achteruit lopen. Struikelge-
vaar!
• Vergiftigingsgevaar door uitlaatgassen!
Het starten van de motor en het gebruik
van het apparaat in gesloten ruimtes is
verboden.
• Het apparaat nooit onbeheerd achterla-
ten, zolang de motor draait.
• Het brandstofsysteem regelmatig op lek-
ken of defecte onderdelen controleren.
• Bij het transport of tanken de motor
steeds uitzetten.
• Overgelopen brandstof onmiddellijk
zorgvuldig verwijderen.
Gebruiksaanwijzing vóór gebruik le-
zen.
Let op alle veiligheidsaanwijzingen
uit de handleiding!
Gevaar door rondvliegende onder-
delen!
Altijd op een veilige afstand houden.
Let op, scherpe messen. De rotatie
van het snijwerktuig houdt na de uit-
schakeling van de motor nog even
aan.
Neem de ontstekingskabel af en
lees de gebruiksaanwijzing vooral-
eer u met de onderhoudswerkzaam-
heden begint.
Wees voorzichtig bij contact met
smeer- en brandstoffen!
NL
Rasenmaeher_480128.book Seite 127 Dienstag, 12. April 2016 10:02 10