24
2. PERSLUCHTAANSLUITING
Voor storingvrij werken met de nietmachine is er vol-
doende gefilterde, droge, geoliede perslucht nodig. Als
de druk in het leidingnet hoger is dan de maximaal toe-
laatbare bedrijfsdruk van de nietmachine, moet er in de
toevoerleiding naar de nietmachine een drukregelventiel
(drukbegrenzer) met daaropvolgend een drukbegren-
zingsventiel geïnstalleerd worden. Opmerking: Bij de tot-
standbrenging van perslucht door een compressor
condenseert de natuurlijke luchtvochtigheid. Het con-
denswater verzamelt zich in de drukketel en pijpleidin-
gen. Dit condens moet door een waterafscheider
verwijderd worden. De waterafscheider moet dagelijks
gecontroleerd en geledigd worden, anders kan er corro-
sie in de persluchtinstallatie en de nietmachine ontstaan,
wat slijtage in de hand werkt.
De compressor moet voldoende druk– en aanzuigca-
paciteit (volumestroom) hebben voor de toepassingen.
Een te kleine leidingdiameter in verhouding tot de lei-
dinglengte (leiding of slang) en overbelasting van de
compressor leiden tot drukval.
Vast gemonteerde persluchtleidingen moeten een bin-
nendiameter van minimaal 19 mm hebben, bij langere
leidingen of meerdere verbruikers dient deze groter te
zijn.
Persluchtleidingen moeten met een verval (hoogste punt
in de richting van de compressor) gelegd worden. Op de
diepste punten moeten gemakkelijk bereikbare wateraf-
scheiders gemonteerd worden. Aansluitingen voor ver-
bruikers moeten van boven aan de pijpleidingen
gemonteerd worden. De aansluitingen voor de nietma-
chines moeten direct aan de koppeling met een per-
sluchtconditioneringseenheid (filter, waterafscheider/
olienevelaar) uitgerust worden. Controleer de olieneve-
laar dagelijks en vul hem zo nodig bij met de aanbevolen
olie (zie technische gegevens). Stel de olienevelaar van
de conditioneringseenheid zo in dat er telkens na 15 sla-
gen 1 druppel valt. Controleer het oliepeil regelmatig. Bij
een slanglengte van 10 meter of meer is de voorziening
van de nietmachine met olie niet verzekerd. Daarom
raden wij aan een olievernevelaar direct aan de nietma-
chine te installeren. Regel de dosering zo dat één vulling
volstaat voor ca. 30 000 slagen.
3. HET APPARAAT KLAARMAKEN VOOR
GEBRUIK
3.1 HET APPARAAT KLAARMAKEN VOOR HET
EERSTE GEBRUIK
Lees de handleiding aandachtig voor u het apparaat
gebruikt en volg de aanwijzingen tijdens het gebruik. De
basisveiligheidsvoorschriften moeten steeds opgevolgd
worden, om schade aan het apparaat en verwonding van
de bediener of andere personen in de buurt te voorko-
men.
3.2 AANSLUITING AAN DE
PERSLUCHTTOEVOER
Controleer of de persluchtdruk niet groter is dan de maxi-
maal toelaatbare bedrijfsdruk van de nietmachine. Stel
de luchtdruk in op de laagste waarde van de aanbevolen
bedrijfsdruk (zie technische gegevens). Ledig het maga-
zijn om te voorkomen dat er bij de volgende stap een niet
weggeschoten wordt als onderdelen in het apparaat zich
niet in de uitgangspositie bevinden als een gevolg van
reparatie- of onderhoudswerkzaamheden of transport.
Verbind de nietmachine met de persluchtbron door een
met snelkoppelingen uitgeruste speciale drukslang met
een vrije diameter van minimaal 8 mm. Op het apparaat
moet de open steeknippel (binnendiameter: min.
7,4 mm) gemonteerd worden.
Raadpleeg het gegevensblad voor de aansluitmaat van
de steeknippel.
3.3 MAGAZIJN VULLEN
Alleen de in de technische gegevens (zie gegevensblad)
opgegeven
bevestigingsmiddelen
mogen
worden
gebruikt.
Leg het apparaat bij het vullen van het magazijn zo dat
de mond niet gericht is op andere personen of uzelf.
Bij het vullen mag de startbeveiliging en de startinrichting
niet ingedrukt worden.
Verdere gegevens die afhankelijk zijn van de bouwwijze,
zoals het aanbrengen, verwijderen of bijvullen van beves-
tigingsmiddelen, vindt u op het gegevensblad.
Lengte van de niet
Werkwijze
Bijzondere eisen
130 mm
Individuele niet schieten
met startbeveiliging
De startbeveiliging en de startinrichting moeten tussentijds
telkens naar de uitgangspositie terugkeren, ongeacht de
positie van het apparaat
130 mm
Individuele niet schieten
De startbeveiliging moet tussentijds telkens naar de uit-
gangspositie terugkeren, ongeacht de positie van het appa-
raat
100 mm
65 mm
Nieten bij contact
125 % van het gewicht van het apparaat geen niet als
terugstelkracht van de startbeveiliging
65 mm
Nieten bij contact
60 % van het gewicht van het apparaat geen niet als
terugstelkracht van de startbeveiliging
Voortdurend contact aan-
sturing
60 % van het gewicht van het apparaat geen niet als
terugstelkracht van de startbeveiliging
Summary of Contents for AF600
Page 62: ...62 ...
Page 63: ...63 ...
Page 64: ...Makita Corporation Anjo Aichi Japan www makita com AF600 12L 1011 IDE ...