32
bevestigen.
De bouten en ringen voor de bevestiging
van het zaagblad zijn speciaal ontworpen voor gebruik
met het gereedschap voor optimale prestaties en
veilig gebruik.
Oorzaken van terugslag en aanverwante
waarschuwingen
– Terugslag is een plotselinge reactie op een bekneld,
vastgelopen of niet-uitgelijnd zaagblad, waardoor het
oncontroleerbare gereedschap omhoog, uit het
werkstuk en in de richting van de gebruiker gaat.
– Wanneer het zaagblad bekneld raakt of vastloopt
doordat de zaagsnede naar beneden toe smaller
wordt, vertraagt het zaagblad en komt als reactie de
motor snel omhoog in de richting van de gebruiker.
– Als het zaagblad gebogen of niet-uitgelijnd raakt in de
zaagsnede, kunnen de tanden aan de achterrand van
het zaagblad zich in het bovenoppervlak van het
werkstuk vreten, waardoor het zaagblad uit de
zaagsnede klimt en omhoog springt in de richting van
de gebruiker.
Terugslag is het gevolg van misbruik van het gereedschap
en/of onjuiste gebruiksprocedures of -omstandigheden,
en kan worden voorkomen door goede
voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hieronder vermeld:
9.
Houd het gereedschap stevig vast met beide
handen en houdt uw armen zodanig dat een
terugslag wordt opgevangen. Plaats uw lichaam
zijwaarts versprongen van het zaagblad en niet in
een rechte lijn erachter.
Door terugslag kan het
gereedschap achterwaarts springen, maar de kracht
van de terugslag kan met de juiste
voorzorgsmaatregelen door de gebruiker worden
opgevangen.
10.
Wanneer het zaagblad vastloopt, of wanneer u om
een of andere reden het zagen onderbreekt, laat u
de aan-uitschakelaar los en houdt u het
gereedschap stil in het materiaal totdat het
zaagblad volledig tot stilstand is gekomen.
Probeer nooit het gereedschap uit het werkstuk te
halen of het gereedschap naar achteren te
trekken, terwijl het zaagblad nog draait omdat
hierdoor een terugslag kan optreden.
Onderzoek
waarom het zaagblad is vastgelopen en tref afdoende
maatregelen om de oorzaak ervan op te heffen.
11.
Wanneer u het gereedschap weer inschakelt
terwijl het zaagblad in het werkstuk zit, plaatst u
het zaagblad in het midden van de zaagsnede en
controleert u dat de zaagtanden niet in het
materiaal grijpen.
Als het zaagblad is vastgelopen,
kan wanneer het gereedschap wordt ingeschakeld het
zaagblad uit het werkstuk lopen of terugslaan.
12.
Ondersteun grote platen om de kans te
minimaliseren dat het zaagblad bekneld raakt of
terugslaat.
Grote panelen neigen door te zakken
onder hun eigen gewicht. U moet de plaat
ondersteunen aan beide zijranden, vlakbij de zaaglijn
en vlakbij het uiteinde.
13.
Gebruik een bot of beschadigd zaagblad niet
meer.
Niet-geslepen of verkeerd gezette tanden
maken een smalle zaagsnede wat leidt tot grote
wrijving, vastlopen en terugslag.
14.
De vergrendelhendels voor het instellen van de
zaagbladdiepte en verstekhoek moeten vastzitten
alvorens te beginnen met zagen.
Als de instellingen
van het zaagblad zich tijdens het zagen wijzigen, kan
dit leiden tot vastlopen of terugslag.
15.
Wees extra voorzichtig bij blind zagen in
bestaande wanden of op andere plaatsen.
Wanneer
het zaagblad door het materiaal heen breekt, kan het
een voorwerp raken waardoor een terugslag optreedt.
Bij het maken van een ‘blinde’ zaagsnede opent u de
onderste beschermkap met behulp van de
terugtrekhendel.
Onderste beschermkap
16.
Controleer voor ieder gebruik of de onderste
beschermkap goed sluit. Gebruik het gereedschap
niet als de onderste beschermkap niet vrij kan
bewegen en onmiddellijk sluit. Zet de onderste
beschermkap nooit vast in de geopende stand.
Als
u het gereedschap per ongeluk laat vallen, kan de
onderste beschermkap worden verbogen. Til de
onderste beschermkap op aan de terugtrekhendel en
controleer dat deze vrij kan bewegen en niet het
zaagblad of enig ander onderdeel raakt, onder alle
verstekhoeken en op alle zaagdiepten.
17.
Controleer de werking en toestand van de veer
van de onderste beschermkap. Als de
beschermkap en de veer niet goed werken, dienen
deze te worden gerepareerd voordat de cirkelzaag
wordt gebruikt.
De onderste beschermkap kan traag
werken als gevolg van beschadigde onderdelen, gom-
of harsafzetting, of opeenhoping van vuil.
18.
De onderste beschermkap mag alleen met de hand
worden geopend voor het maken van speciale
zaagsneden, zoals een “invalzaagsnede” en
“samengestelde zaagsnede”. Til de onderste
beschermkap op aan de terugtrekhendel en laat
deze los zodra het zaagblad in het materiaal zaagt.
Bij alle andere typen zaagsneden, dient de onderste
beschermkap automatisch te werken.
19.
Let er altijd op dat de onderste beschermkap het
zaagblad bedekt voordat u het gereedschap op
een werkbank of vloer neerlegt.
Een onbeschermd
zaagblad dat nog nadraait, zal het gereedschap
achteruit doen lopen waarbij alles op zijn weg wordt
gezaagd. Denk eraan dat nadat de cirkelzaag is
uitgeschakeld het nog enige tijd duurt voordat het
zaagblad stilstaat.
20.
U kunt de onderste beschermkap controleren,
door deze met de hand te openen, los te laten en
te kijken hoe hij sluit. Controleer tevens of de
terugtrekhendel de behuizing van het
gereedschap niet raakt.
Het zaagblad onbeschermd
laten is UITERST GEVAARLIJK en kan leiden tot
ernstig persoonlijk letsel.
Aanvullende veiligheidswaarschuwingen
21.
Breng het zaagblad niet tot stilstand door
zijdelings op het zaagblad te drukken.
22.
GEVAAR:
Probeer niet afgezaagd materiaal te verwijderen
terwijl het zaagblad nog draait.
LET OP: Het zaagblad draait nog na nadat het
gereedschap is uitgeschakeld.
23.
Plaats het bredere deel van de zool van het
gereedschap op het deel van het werkstuk dat
goed is ondersteund, en niet op het deel dat
omlaag valt nadat de zaagsnede gemaakt is.
Summary of Contents for DCS551RTJ
Page 71: ...71 ...