68 NEDERLANDS
Veiligheidswaarschuwingen specifiek voor
schuurwerkzaamheden:
1.
Gebruik een schuurpapierschijf van de juiste
afmeting. Volg de aanbevelingen van de fabri-
kant bij uw keuze van het schuurpapier.
Te
groot schuurpapier dat te ver uitsteekt over de
rand van het schuurblok levert snijgevaar op en
kan beknellen of scheuren van de schijf of terug
-
slag veroorzaken.
Veiligheidswaarschuwingen specifiek voor
draadborstelwerkzaamheden:
1.
Wees erop bedacht dat ook tijdens normaal
gebruik borsteldraden door de borstel worden
rondgeslingerd. Oefen niet te veel kracht uit op
de borsteldraden door een te hoge belasting
van de borstel.
De borsteldraden kunnen met
gemak door dunne kleding en/of de huid dringen.
2.
Als het gebruik van een beschermkap wordt
aanbevolen voor draadborstelen, zorgt u
ervoor dat de draadschijf of draadborstel niet
in aanraking komt met de beschermkap.
De
draadschijf of draadborstel kan in diameter toene
-
men als gevolg van de werkbelasting en centrifu-
gale krachten.
Aanvullende veiligheidswaarschuwingen:
1.
Bij gebruik van een slijpschijf met een verzon-
ken middengat, mag u uitsluitend met glasve-
zel versterkte schijven gebruiken.
2.
GEBRUIK NOOIT een stenen komschijf op
deze slijpmachine.
Deze slijpmachine is niet
ontworpen voor dit type schijven en het gebruik
ervan kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
3.
Let erop dat u de as, de flens (met name de
montagekant) en de borgmoer niet beschadigt.
Als deze onderdelen beschadigd raken, kan de
schijf breken.
4.
Zorg ervoor dat de schijf niet in aanraking is
met het werkstuk voordat u het gereedschap
hebt ingeschakeld.
5.
Laat gereedschap een tijdje draaien voordat u
het op het werkstuk gaat gebruiken. Controleer
op trillingen of schommelingen die op onjuiste
montage of een slecht uitgebalanceerd schijf
kunnen wijzen.
6.
Gebruik de aangegeven kant van de schijf om
mee te slijpen.
7.
Laat het gereedschap niet ingeschakeld lig-
gen. Schakel het gereedschap alleen in wan-
neer u het vasthoudt.
8.
Raak het werkstuk niet onmiddellijk na bewer-
king aan. Het kan bijzonder heet zijn en brand-
wonden op uw huid veroorzaken.
9.
Raak accessoires niet onmiddellijk na bewer-
king aan. Deze kunnen bijzonder heet zijn en
brandwonden op uw huid veroorzaken.
10.
Houd u aan de instructies van de fabrikant
voor het juist aanbrengen en gebruiken van de
schijven. Behandel de schijven voorzichtig en
berg deze met zorg op.
11.
Gebruik geen afzonderlijke verloopbussen of
adapters om slijpschijven met een groot asgat
aan dit gereedschap aan te passen.
12.
Gebruik uitsluitend flenzen die geschikt zijn
voor dit gereedschap.
13.
Voor gereedschap waarop schijven met een
geschroefd asgat dienen aangebracht te wor-
den, moet u ervoor zorgen dat de schroefdraad
in de schijf lang genoeg is zodat de as hele-
maal erin gaat.
14.
Zorg ervoor dat het werkstuk goed onder-
steund is.
15.
Houd er rekening mee dat de schijf nog een
tijdje blijft draaien nadat het gereedschap is
uitgeschakeld.
16.
Indien de werkplaats uiterst warm en vochtig
is, of erg verontreinigd is met geleidend stof,
gebruikt u een kortsluitstroomonderbreker
(30 mA) om de veiligheid van de gebruiker te
verzekeren.
17.
Gebruik het gereedschap niet op materialen
die asbest bevatten.
18.
Wanneer u een doorslijpschijf gebruikt, dient
u altijd te werken met de stofbeschermkap
indien dit door de plaatselijke regelgeving
wordt vereist.
19.
Schijven bedoeld voor doorslijpen mogen niet
aan zijwaartse druk worden blootgesteld.
20.
Draag geen stoffen werkhandschoenen tijdens
gebruik van dit gereedschap.
Vezels van stof-
fen handschoenen kunnen binnendringen in het
gereedschap waardoor het gereedschap defect
kan raken.
21.
Verzeker u er vóór aanvang van de werkzaam-
heden van dat er geen voorwerpen, zoals
elektriciteits-, gas- en waterleidingen, verbor-
gen zitten in het werkstuk.
Anders kan dit een
elektrische schok, een lekstroom of een gaslek
veroorzaken.
22.
Als een tussenschijf is bevestigd op de schijf,
mag u deze niet verwijderen. De diameter van
de tussenschijf moet groter zijn dan de borg-
moer, buitenflens en binnenflens.
23.
Alvorens een slijpschijf aan te brengen,
controleert u altijd of de tussenschijf geen
abnormaliteiten vertoont, zoals ontbrekende
schilfers en barsten.
24.
Draai de borgmoer goed vast.
Als de schijf te
vast wordt gedraaid, kan deze breken, en onvol-
doende vastdraaien kan leiden tot wiebelen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden
door een vals gevoel van comfort en bekendheid
met het gereedschap (na veelvuldig gebruik)
en neem alle veiligheidsvoorschriften van het
betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwij-
zing kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
Summary of Contents for GA4594
Page 2: ...2 1 Fig 1 1 Fig 2 1 Fig 3 1 2 Fig 4 Fig 5 1 2 3 Fig 6 ...
Page 3: ...3 2 B 1 A B Fig 7 2 1 A C C Fig 8 Fig 9 1 2 4 3 Fig 10 1 2 Fig 11 1 2 3 4 Fig 12 ...
Page 5: ...5 1 Fig 21 1 Fig 22 1 Fig 23 1 2 4 5 6 3 Fig 24 Fig 25 1 2 Fig 26 15 Fig 27 Fig 28 ...
Page 6: ...6 Fig 29 Fig 30 Fig 31 Fig 32 1 2 2 2 Fig 33 ...
Page 145: ...145 ...
Page 146: ...146 ...
Page 147: ...147 ...