63 NEDERLANDS
OPMERKING:
Wanneer het gereedschap oververhit
is, stopt het gereedschap automatisch en begint de
lamp te knipperen. Laat in dat geval de trekkerscha-
kelaar los. De lamp gaat na één minuut uit.
OPMERKING:
Gebruik een droge doek om vuil van
de lens van de lamp af te vegen. Wees voorzichtig
dat u de lens van de lamp niet bekrast omdat dan de
verlichting minder wordt.
De werkingsfunctie kiezen
KENNISGEVING:
Draai de werkingsfunctiekeu-
zeknop niet terwijl het gereedschap draait.
Het
gereedschap zal hierdoor worden beschadigd.
KENNISGEVING:
Om snelle slijtage van het
werkingsfunctiekeuzemechanisme te voorkomen,
zorgt u ervoor dat de werkingsfunctiekeuzeknop
altijd precies in een van de drie werkingsfunctie-
standen staat.
Hamerboren
Voor het boren in beton, metselwerk, enz., draait u
de werkingsfunctiekeuzeknop naar het symbool
.
Gebruik een boor met een hardmetalen punt.
►
Fig.6:
1.
Werkingsfunctiekeuzeknop
2.
Pijlpunt
Alleen hameren
Voor het beitelen, bikken of sloopwerkzaamheden, draait
u de werkingsfunctiekeuzeknop naar het symbool
.
Gebruik een puntbeitel, koudbeitel, bikbeitel, enz.
►
Fig.7:
1.
Pijlpunt
2.
Werkingsfunctiekeuzeknop
Elektronische functies
Het gereedschap is uitgerust met elektronische functies
voor een eenvoudige bediening.
Koppelbegrenzer
KENNISGEVING:
Schakel het gereedschap
onmiddellijk uit wanneer de koppelbegrenzer in
werking treedt.
Hiermee helpt u vroegtijdige slijtage
van het gereedschap te voorkomen.
KENNISGEVING:
Boren, zoals gatenzagen, die
gemakkelijk bekneld raken in het boorgat, mogen
niet worden gebruikt met dit gereedschap.
Dit
is omdat zij de koppelbegrenzer te vaak in werking
doen treden.
De koppelbegrenzer treedt in werking wanneer de
motor een bepaald koppel bereikt. De motor wordt dan
ontkoppeld van de uitgaande as. Wanneer dit gebeurt,
zal de boor ophouden met draaien.
Constant-toerentalregeling
De toerentalregelfunctie zorgt voor een constant toe-
rental ongeacht de belastingsomstandigheden.
Zachte start
De functie zachte-start minimaliseert de startschok en
laat het gereedschap geleidelijk starten.
Actieve
terugkoppelingsdetectietechnologie
Als het gereedschapshuis plotseling draait bij de gespe
-
cificeerde versnelling omdat de boor vastloopt, enz.,
wordt de motor gedwongen te stoppen om de belasting
op de pols te verminderen.
OPMERKING:
De actieve terugkoppelingsdetectie-
functie werkt niet als de versnelling niet de gespecifi
-
ceerde versnelling bereikt.
OPMERKING:
De actieve terugkoppelingsdetectie-
functie treedt ook in werking wanneer de boor slechts
met de opgegeven versnelling wordt gezwaaid tijdens
een willekeurige bediening.
Laat in dat geval de trekkerschakelaar los en knijp
daarna de trekkerschakelaar weer in om het gereed-
schap weer te starten.
Elektrische rem
Dit gereedschap is voorzien van een elektrische rem.
Als het gereedschap continu niet snel stilstaat nadat de
trekkerschakelaar is losgelaten, laat u het gereedschap
onderhouden door een Makita-servicecentrum.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uit-
geschakeld en de accu ervan is verwijderd alvorens
enig werk aan het gereedschap uit te voeren.
Zijhandvat
►
Fig.8
LET OP:
Gebruik het zijhandvat alleen bij bei-
telen, bikken of slopen. Gebruik het niet bij boren in
beton, metselwerk, enz.
Het gereedschap kan niet goed
worden vastgehouden met dit zijhandvat tijdens het boren.
►
Fig.9:
1.
Zijhandvat
2.
Klemmoer
Het zijhandvat kan in verticale richting worden gedraaid
en in elke gewenste stand worden vastgezet. Hij kan
ook worden versteld in acht stappen, voorwaarts en
achterwaarts in de horizontale richting. Draai de klem-
moer los om het zijhandvat naar de gewenste stand te
verdraaien en draai daarna de klemmoer stevig vast.
Zijhandgreep (extra handgreep)
LET OP:
Gebruik altijd de zijhandgreep om
veilig te kunnen werken.
LET OP:
Na het aanbrengen of afstellen van
de zijhandgreep, controleert u of de zijhandgreep
stevig is vastgezet.
De zijhandgreep kan worden verdraaid zodat het gereed
-
schap eenvoudig kan worden gehanteerd vanuit iedere
stand. Draai de zijhandgreep los door hem linksom te
draaien, verdraai deze naar de gewenste stand en zet
hem weer vast door hem rechtsom te draaien.
►
Fig.10:
1.
Zijhandgreep
Summary of Contents for HR006GZ04
Page 2: ...2 3 1 1 Fig 1 1 2 Fig 2 2 1 A B Fig 3 1 Fig 4 1 Fig 5 1 2 Fig 6 1 2 Fig 7 2 ...
Page 3: ...Fig 8 1 2 Fig 9 1 Fig 10 1 2 Fig 11 1 Fig 12 1 2 Fig 13 1 2 Fig 14 3 ...
Page 4: ...1 2 Fig 15 1 2 Fig 16 1 2 3 Fig 17 1 2 3 4 Fig 18 1 2 Fig 19 1 Fig 20 4 ...
Page 5: ...1 Fig 21 1 2 3 Fig 22 1 2 3 Fig 23 1 2 Fig 24 1 2 3 4 Fig 25 1 Fig 26 5 ...
Page 6: ...Fig 27 Fig 28 Fig 29 Fig 30 1 Fig 31 4 2 1 3 Fig 32 1 2 3 Fig 33 6 ...
Page 7: ...1 Fig 34 1 2 1 2 Fig 35 Fig 36 1 Fig 37 1 2 Fig 38 1 Fig 39 7 ...
Page 8: ...1 Fig 40 1 2 1 2 Fig 41 8 ...