118 NEDERLANDS
18.
Nadat u de zaagsnede hebt voltooid, laat u
de schakelaar los, blijft u de zaagkop omlaag
gedrukt houden en wacht u tot het zaagblad
stilstaat voordat u het afgezaagde deel verwij-
dert.
Het is gevaarlijk om met uw hand in de buurt
van het nalopende zaagblad te reiken.
19.
Houd het handvat stevig vast bij het maken
van een onvolledige zaagsnede en bij het
loslaten van de schakelaar voordat de zaagkop
helemaal omlaag is geduwd.
Door het remeffect
van het zaagblad kan ertoe leiden dat de zaagkop
plotseling omlaag getrokken wordt, waardoor een
kans op letsel ontstaat.
20.
Gebruik uitsluitend een zaagblad met een
diameter zoals aangegeven op het gereed-
schap of vermeld in de gebruiksaanwijzing.
Het gebruik van een zaagblad met een verkeerde
afmeting, kan een goede bescherming of werking
van het zaagblad verhinderen, wat kan leiden tot
ernstig persoonlijk letsel.
21.
Gebruik altijd een zaagblad dat is gemarkeerd
met een toerental dat gelijk is aan of hoger is
dan het toerental dat is aangegeven op het
gereedschap.
22.
Gebruik de zaag niet voor het zagen van iets
anders dan hout, aluminium of soortgelijke
materialen.
23.
(Alleen voor Europese landen)
Gebruik altijd een zaagblad dat voldoet aan
EN847-1.
Aanvullende instructies
1.
Houd de werkplaats kinderveilig met
hangsloten.
2.
Ga nooit op het gereedschap staan.
Er kan
ernstig letsel ontstaan als het gereedschap omvalt
of als het snij-/zaaggarnituur per ongeluk wordt
aangeraakt.
3.
Laat het gereedschap nooit ingeschakeld
achter. Schakel de voeding uit. Laat het
gereedschap niet achter totdat het volledig tot
stilstand is gekomen.
4.
Gebruik de zaag niet zonder dat de
beschermkappen zijn aangebracht. Controleer
vóór elk gebruik of de beschermkap goed sluit.
Gebruik de zaag niet indien de beschermkap
niet goed beweegt en niet snel over het zaag-
blad sluit. Klem of bind de beschermkap nooit
in de geopende stand vast.
5.
Houd uw handen uit de buurt van het zaagblad.
Voorkom contact met het nog nadraaiende
zaagblad. Het kan nog steeds ernstig letsel
veroorzaken.
6.
Om de kans op letsel te verkleinen, schuift u
de slede terug naar zijn achterste stand na elke
afkortzaagsnede.
7.
Zet alle bewegende onderdelen vast alvorens
het gereedschap te dragen.
8.
De aanslagpen of aanslaghendel die de
zaagkop in de onderste stand vergrendelt,
wordt alleen gebruikt voor het dragen en
opbergen van het gereedschap en niet voor
zaagbedieningen.
9.
Controleer vóór het gebruik het zaagblad zorgvul-
dig op barsten of beschadiging. Vervang een gebar-
sten of beschadigd zaagblad onmiddellijk. Gom of
hars dat op het zaagblad is opgedroogd vertraagt
het zaagblad en verhoogt de kans op terugslag.
Houd het zaagblad schoon door dit eerst van het
gereedschap te demonteren en het vervolgens
schoon te maken met een schoonmaakmiddel voor
gom en hars, heet water of kerosine. Gebruik nooit
benzine om het zaagblad schoon te maken.
10.
Tijdens het uitvoeren van schuivend zagen, kan een
TERUGSLAG optreden. Een TERUGSLAG treedt
op wanneer het zaagblad vastloopt in het werkstuk
tijdens het zagen en et zaagblad snel in de richting
van de gebruiker wordt bewogen. Dit kan leiden tot
verlies van controle over het gereedschap en ern-
stig persoonlijk letsel. Wanneer het zaagblad begint
vast te lopen tijdens het zagen, zaagt u niet verder
maar laat u de schakelaar onmiddellijk los.
11.
Gebruik alleen flenzen die voor dit gereed
-
schap zijn bestemd.
12.
Pas op dat u de as, de flenzen (vooral hun montage
-
vlak) of de bout niet beschadigt. Beschadiging van
deze onderdelen kan zaagbladbreuk veroorzaken.
13.
Zorg dat het draaibaar voetstuk goed vast-
gezet is, zodat het tijdens het zagen niet kan
bewegen. Gebruik de gaten in het voetstuk
om de zaag te bevestigen op een stevig werk-
platform of een stevige werkbank. Gebruik het
gereedschap NOOIT wanneer de gebruiker in
een ongemakkelijke houding moet staan.
14.
Zet de asblokkering in de vrije stand alvorens
de schakelaar in te drukken.
15.
Zorg ervoor dat het zaagblad in zijn laagste
positie niet in aanraking komt met het draai-
baar voetstuk.
16.
Houd het handvat stevig vast. Denk eraan dat de
zaag bij het starten en stoppen even op- en neergaat.
17.
Zorg dat het zaagblad bij het inschakelen niet
in contact is met het werkstuk.
18.
Laat het gereedschap een tijdje draaien
alvorens het op het werkstuk te gebruiken.
Controleer op trillingen of schommelingen die
op onjuiste montage of op een slecht uitgeba-
lanceerd zaagblad kunnen wijzen.
19.
Stop onmiddellijk met zagen indien u iets
abnormaals opmerkt.
20.
Probeer niet om de trekkerschakelaar in de
ingeschakeld stand te vergrendelen.
21.
Gebruik uitsluitend de accessoires die in deze
gebruiksaanwijzing worden aanbevolen. Het
gebruik van ongeschikte accessoires, zoals
slijpschijven, kan letsel veroorzaken.
22.
Sommige materialen bevatten chemische
stoffen die giftig kunnen zijn. Wees voorzichtig
dat u geen stof inademt en het stof niet op uw
huid komt. Volg de veiligheidsinstructies van
de leverancier van het materiaal op.
23.
Gebruik geen bekabelde voeding met dit gereedschap.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor een
lamp wanneer deze aan is
1.
Kijk niet direct in het lamplicht of in de lichtbron.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
Summary of Contents for LS004GZ01
Page 2: ...Fig 1 1 1 2 3 4 5 9 6 7 8 11 10 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 25 24 26 27 Fig 2 2 ...
Page 3: ...1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 12 11 13 14 Fig 3 1 2 Fig 4 1 2 3 4 5 6 Fig 5 3 ...
Page 4: ...1 2 Fig 6 1 2 Fig 7 1 2 3 Fig 8 1 Fig 9 1 1 2 3 Fig 10 1 2 Fig 11 4 ...
Page 5: ...1 2 3 Fig 12 1 2 3 4 Fig 13 1 Fig 14 1 2 3 4 Fig 15 2 1 Fig 16 1 2 3 Fig 17 5 ...
Page 6: ...Fig 18 1 2 3 4 5 6 Fig 19 1 Fig 20 1 2 Fig 21 1 2 Fig 22 Fig 23 6 ...
Page 7: ...1 2 Fig 24 2 3 4 1 Fig 25 3 1 2 Fig 26 1 Fig 27 1 Fig 28 7 ...
Page 8: ...1 Fig 29 1 2 3 4 Fig 30 2 3 4 1 Fig 31 1 2 Fig 32 8 ...
Page 9: ...3 1 2 Fig 33 2 1 3 Fig 34 1 2 3 Fig 35 1 Fig 36 1 2 3 Fig 37 9 ...
Page 11: ...1 2 3 4 5 6 Fig 44 1 2 3 Fig 45 1 2 3 Fig 46 1 Fig 47 1 2 Fig 48 2 1 3 4 2 1 3 4 Fig 49 11 ...
Page 12: ...1 2 3 Fig 50 1 2 3 2 Fig 51 1 2 3 4 Fig 52 2 1 3 Fig 53 2 1 Fig 54 1 2 Fig 55 2 1 Fig 56 12 ...
Page 13: ...1 2 3 Fig 57 1 2 4 4 3 Fig 58 1 Fig 59 1 Fig 60 Fig 61 1 2 3 Fig 62 13 ...
Page 14: ...2 3 1 4 Fig 63 1 2 3 4 Fig 64 1 2 3 4 Fig 65 1 2 Fig 66 1 2 5 3 4 Fig 67 1 Fig 68 Fig 69 14 ...
Page 15: ...Fig 70 1 Fig 71 1 2 3 4 Fig 72 1 2 3 Fig 73 1 Fig 74 15 ...
Page 16: ...1 1 2 2 Fig 75 Fig 76 Fig 77 1 Fig 78 1 2 Fig 79 1 Fig 80 16 ...
Page 17: ...1 Fig 81 1 1 2 2 Fig 82 3 4 5 2 1 Fig 83 1 2 Fig 84 1 2 3 Fig 85 1 2 3 Fig 86 17 ...