44 NEDERLANDS
5.
Het nominale toerental van het accessoire
moet minstens gelijk zijn aan het maximumto-
erental vermeld op het elektrisch gereedschap.
Accessoires die met een hoger toerental draaien
dan hun nominaal toerental kunnen stuk breken
en in het rond vliegen.
6.
De buitendiameter en de dikte van het acces-
soire moeten binnen het capaciteitsbereik van
het elektrisch gereedschap vallen.
Accessoires
met verkeerde afmetingen kunnen niet afdoende
worden afgeschermd of beheerst.
7.
De afmetingen van het montagepunt van het
accessoire moeten overeenkomen met de
afmetingen van de montagehardware van het
elektrisch gereedschap.
Accessoires die niet
overeenkomen met de montagehardware van het
elektrisch gereedschap zullen ongebalanceerd
draaien, buitensporig trillen en kunnen leiden tot
verlies van controle over het gereedschap.
8.
Gebruik nooit een beschadigd accessoire.
Inspecteer het accessoire vóór ieder gebruik,
bijvoorbeeld een slijpschijf op ontbrekende
schilfers en barsten; een rugschijf op barsten,
scheuren of buitensporige slijtage; en een
draadborstel op losse of gebroken draden.
Nadat het elektrisch gereedschap of acces-
soire is gevallen, inspecteert u het op schade
of monteert u een onbeschadigd accessoire.
Na inspectie en montage van een accessoire,
zorgt u ervoor dat u en omstanders niet in het
rotatievlak van het accessoire staan, en laat
u het elektrisch gereedschap draaien op het
maximaal, onbelast toerental gedurende één
minuut.
Beschadigde accessoires breken normaal
gesproken in stukken gedurende deze testduur.
9.
Gebruik persoonlijke-beschermingsmiddelen.
Afhankelijk van de toepassing gebruikt u een
spatscherm, een beschermende bril of een
veiligheidsbril. Al naar gelang van toepassing
draagt u een stofmasker, gehoorbeschermers,
handschoenen en een werkschort die in staat
zijn kleine stukjes slijpsel of werkstukfrag-
menten te weerstaan.
De oogbescherming moet
in staat zijn rondvliegend afval te stoppen dat
ontstaat in diverse toepassingen. Het stofmasker
of ademhalingsapparaat moet in staat zijn om de
deeltjes de filteren die ontstaan door de betref
-
fende toepassing. Langdurige blootstelling aan
hard lawaai kan uw gehoor aantasten.
10.
Houd omstanders op veilige afstand van het
werkgebied. Iedereen die zich binnen het
werkgebied begeeft, moet persoonlijke-veilig-
heidsmiddelen gebruiken.
Fragmenten van het
werkstuk of van een uiteengevallen accessoire
kunnen rondvliegen en letsel veroorzaken buiten
de onmiddellijk werkomgeving.
11.
Leg het elektrisch gereedschap nooit neer
voordat het accessoire volledig tot stilstand is
gekomen.
Het ronddraaiende accessoire kan de
ondergrond pakken zodat u de controle over het
elektrisch gereedschap verliest.
12.
Laat het elektrisch gereedschap niet draaien
terwijl u het naast u draagt.
Als het ronddraai-
ende accessoire u per ongeluk raakt, kan het
verstrikt raken in uw kleding waardoor het acces-
soire in uw lichaam wordt getrokken.
13.
Maak de ventilatieopeningen van het elektrisch
gereedschap regelmatig schoon.
De ventilator
van de motor zal het stof de behuizing in trekken,
en een grote opeenhoping van metaalslijpsel kan
leiden tot elektrisch gevaarlijke situaties.
14.
Gebruik het elektrisch gereedschap niet in de
buurt van brandbare materialen.
Vonken kun
-
nen deze materialen doen ontvlammen.
15.
Gebruik geen accessoires die met vloeistof
moeten worden gekoeld.
Het gebruik van water
of andere vloeibare koelmiddelen kan leiden tot
elektrocutie of elektrische schokken.
16.
Laat geen los deel van de polijstvacht of het
bevestigingstouwtje ervan vrij rondslingeren.
Stop een los bevestigingstouwtje weg of knip
het af.
Een los en rondslingerend bevestigings-
touwtje kan zich rond uw vingers wikkelen of
gegrepen worden door het werkstuk.
Terugslag en aanverwante waarschuwingen
Terugslag is een plotselinge reactie op een beknelde of
vastgelopen draaiende schijf, rugschijf, borstel of enig
ander accessoire. Beknellen of vastlopen veroorzaakt
een snelle stilstand van het draaiende accessoire dat
op zijn beurt ertoe leidt dat het elektrisch gereedschap
zich ongecontroleerd beweegt in de tegenovergestelde
richting van de draairichting van het accessoire op het
moment van vastlopen.
Bijvoorbeeld, als een slijpschijf bekneld raakt of vast
-
loopt in het werkstuk, kan de rand van de schijf die het
beknellingspunt ingaat, zich invreten in het oppervlak
van het materiaal waardoor de schijf eruit klimt of eruit
slaat. De schijf kan daarbij naar de gebruiker toe of weg
springen, afhankelijk van de draairichting van de schijf
op het beknellingspunt. Slijpschijven kunnen in derge
-
lijke situaties ook breken.
Terugslag is het gevolg van misbruik van het elektrisch
gereedschap en/of onjuiste gebruiksprocedures of
omstandigheden, en kan worden voorkomen door
goede voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hieronder
vermeld:
1.
Houd het gereedschap stevig met beide han-
den vast en houd uw armen en lichaam zoda-
nig dat u in staat bent een terugslag op te van-
gen. Gebruik altijd de extra handgreep (indien
aanwezig) voor een maximale controle over
het gereedschap in geval van een terugslag of
koppelreactie bij het starten.
De gebruiker kan
een terugslag of koppelreactie opvangen indien
de juiste voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
2.
Plaats uw hand nooit in de buurt van het draai-
ende accessoire.
Het accessoire kan terugslaan
over uw hand.
3.
Plaats uw lichaam niet in het gebied waar het
elektrisch gereedschap naar toe gaat wanneer
een terugslag optreedt.
Een terugslag zal het
gereedschap bewegen in de tegenovergestelde
richting van de draairichting van de schijf op het
moment van beknellen.
4.
Wees bijzonder voorzichtig bij het werken op
hoeken, scherpe randen, enz. Vermijd stuite-
ren en vastlopen van het accessoire.
Hoeken,
scherpe randen en stuiteren leiden vaak tot het
vastlopen van het draaiende accessoire en ver-
oorzaken terugslag of verlies van controle over het
gereedschap.
Summary of Contents for PV001G
Page 2: ...2 1 3 1 2 Fig 1 1 2 Fig 2 A B 1 1 Fig 3 1 2 3 Fig 4 1 2 3 Fig 5 1 Fig 6 ...
Page 3: ...3 1 2 Fig 7 1 2 3 4 5 Fig 8 1 1 2 Fig 9 1 1 3 3 2 4 Fig 10 1 2 Fig 11 ...
Page 4: ...4 1 2 Fig 12 4 1 2 3 Fig 13 1 3 2 Fig 14 1 2 3 Fig 15 4 1 2 3 Fig 16 1 3 2 4 Fig 17 ...
Page 5: ...5 2 1 3 Fig 18 Fig 19 Fig 20 Fig 21 Fig 22 1 1 Fig 23 ...
Page 97: ...97 ...
Page 98: ...98 ...
Page 99: ...99 ...