46 NEDERLANDS
De lamp op de voorkant gebruiken
LET OP:
Kijk niet direct in het lamplicht of in
de lichtbron.
►
Fig.4:
1.
Lamp
►
Fig.5:
1.
Knop
Om de lampstatus in te schakelen, houdt u de
knop gedurende één seconde ingedrukt. Om de
lampstatus uit te schakelen, houdt u de knop nog-
maals gedurende één seconde ingedrukt.
Als de lampstatus is ingeschakeld, knijpt u de trekker
-
schakelaar in om de lamp in te schakelen. Om uit te scha-
kelen, laat u hem los. Ongeveer 10 seconden nadat u de
trekkerschakelaar hebt losgelaten, gaat de lamp uit.
Wanneer de lampstatus uitgeschakeld is, zal de lamp niet
gaan branden, ook al knijpt u de trekkerschakelaar in.
OPMERKING:
Om de lampstatus te controleren,
knijpt u de trekkerschakelaar in. Als de lamp gaat
branden wanneer u de trekkerschakelaar inknijpt, is
de lampstatus ingeschakeld. Als de lamp niet gaat
branden, is de lampstatus uitgeschakeld.
OPMERKING:
Wanneer het gereedschap oververhit
is, knippert het licht gedurende een minuut waarna het
LED-display uit gaat. In dat geval laat u het gereed-
schap afkoelen alvorens het weer in gebruik te nemen.
OPMERKING:
Gebruik een droge doek om vuil van de lens
van de lamp af te vegen. Wees voorzichtig dat u de lens van de
lamp niet bekrast omdat dan de verlichting minder wordt.
OPMERKING:
U kunt de lampstatus niet omschake-
len, zolang de trekkerschakelaar wordt ingeknepen.
OPMERKING:
Ongeveer 10 seconden na het loslaten van
de trekkerschakelaar kunt u de lampstatus omschakelen.
De omkeerschakelaar bedienen
►
Fig.6:
1.
Omkeerschakelaar
LET OP:
Controleer altijd de draairichting
alvorens het gereedschap te starten.
LET OP:
Verander de stand van de omkeer-
schakelaar alleen nadat het gereedschap volledig
tot stilstand is gekomen.
Als u de draairichting
verandert terwijl het gereedschap nog draait, kan het
gereedschap beschadigd raken.
LET OP:
Zet de omkeerschakelaar altijd in de
neutrale stand wanneer u het gereedschap niet
gebruikt.
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het
veranderen van de draairichting. Druk de omkeerscha-
kelaar in vanaf kant A voor de draairichting rechtsom, of
vanaf kant B voor de draairichting linksom.
Wanneer de omkeerschakelaar in de neutrale
stand staat, kan de trekkerschakelaar niet worden
ingeknepen.
De bedieningsfunctie veranderen
Wijzigen van de slagkracht
U kunt de slagkracht in vier stappen instellen: 4 (maximaal), 3 (hard), 2 (gemiddeld) en 1 (zacht).
Zo kunt u de beste aandraaikracht voor het te verrichten werk kiezen.
Het niveau van de slagkracht verandert elke keer wanneer u op de knop drukt.
U kunt de slagkracht veranderen binnen ongeveer een minuut nadat u de trekkerschakelaar hebt losgelaten.
OPMERKING:
U kunt de tijdsduur gedurende welke u de slagkracht kunt veranderen verlengen met ongeveer één
minuut door op de knop of de knop te drukken.
►
Fig.7
Bedieningsfunctie
(Slagkrachtniveau aangegeven op het
bedieningspaneel)
Maximaal aantal slagen
Doel
4 (maximaal)
2.900 min
-1
Vastdraaien met de maximale kracht en snelheid.
Vastdraaien wanneer kracht en snelheid gewenst zijn.
3 (hard)
2.700 min
-1
Vastdraaien met minder kracht en snelheid dan in de
Maximaal-stand (gemakkelijker te controleren dan in de
Maximaal-stand).
Vastdraaien wanneer kracht en snelheid gewenst zijn.
Summary of Contents for TW007G
Page 2: ...2 3 1 1 Fig 1 1 2 Fig 2 1 Fig 3 1 Fig 4 1 Fig 5 1 A B Fig 6 Fig 7 2 ...
Page 4: ...Fig 16 4 ...
Page 103: ...7 ...