54
5. Inspecteer voor het gebruik eerst uw werkterrein op
stenen of andere harde voorwerpen. Die kunnen
worden weggeslingerd of zouden een gevaarlijke
terugslag kunnen veroorzaken, met kans op ernstige
verwonding en/of schade aan eigendommen.
6.
WAARSCHUWING:
Het gebruik van dit
product kan stof voortbrengen met chemische
stoffen die schade aan de luchtwegen en andere
gezondheidsrisico's kunnen veroorzaken. Sommige
van deze chemische stoffen zijn bijvoorbeeld
verbindingen die worden aangetroffen in pesticiden,
insecticiden, kunstmest en onkruidverdelgers.
Het risico van uw blootstelling hieraan varieert,
afhankelijk van hoe vaak u dit soort werk verricht.
Om uw blootstelling aan deze chemische stoffen te
verminderen: werk op een goed geventileerde plaats
en gebruik goedgekeurde veiligheidsvoorzieningen
zoals een type stofmasker dat specifiek is ontworpen
voor het uitfilteren van microscopische deeltjes.
Elektrische veiligheid
1.
Zorg dat de stekker van het stroomsnoer
goed in het stopcontact past. Maak nooit
enige aanpassing aan de stekker. Gebruik
geen verloopstekkers met geaard elektrisch
gereedschap (met massacontact).
Met goed
passende stekkers en stopcontacten vermijdt u het
gevaar van elektrische schokken.
2.
Zorg dat uw lichaam niet in aanraking is met
geaarde voorwerpen of apparatuur zoals buizen,
een radiator, fornuis of koelkast.
U loopt een
verhoogd risico van een elektrische schok als uw
lichaam een aardcontact of massacontact heeft.
3. Stel het gereedschap niet bloot aan regen of
erg vochtige omstandigheden. Als er water in
het gereedschap komt, kan dat gevaar voor een
elektrische schok opleveren.
4.
Pas op voor schade aan het stroomsnoer. Draag
of sleep het gereedschap nooit aan het snoer en
trek er niet aan om de stekker los te maken. Zorg
dat het snoer niet wordt blootgesteld aan hitte,
olie, scherpe randen of bewegende delen.
Een
beschadigd of geknakt snoer kan gevaar voor een
elektrische schok opleveren.
5. Gebruik het gereedschap niet als u het niet met
de schakelaar kunt in- en uitschakelen. Elk soort
gereedschap dat niet met de schakelaar bediend kan
worden is gevaarlijk en moet gerepareerd worden.
6.
Bij gebruik van elektrisch gereedschap
buitenshuis moet een verlengsnoer ook geschikt
zijn voor buitengebruik.
Toepassing van een
verlengsnoer dat bestemd is voor buitengebruik
vermindert de kans op een elektrische schok.
7.
Als het gebruik van elektrisch gereedschap
in een vochtige omgeving onvermijdelijk is,
gebruikt u dan een stroombron die is voorzien
van een reststroombeveiliging (RCD).
Het gebruik
van een reststroombeveiliging vermindert de kans
op een elektrische schok.
8.
Gebruik van een stroombron met een
reststroombeveiliging van 30 mA of minder is
altijd aanbevolen.
9. Voorkom het onbedoeld starten. Zorg dat de
schakelaar in de uit-stand staat voordat u de stekker
in het stopcontact steekt, voordat u het gereedschap
optilt of meedraagt. Het dragen van elektrisch
gereedschap met uw vinger op de schakelaar of het
aansluiten van ingeschakeld elektrisch gereedschap
is vragen om ongelukken.
10. Inspecteer voor het gebruik altijd het stroomsnoer en
verlengsnoer op tekenen van schade of slijtage.
11. Als het snoer tijdens gebruik beschadigd raakt, trekt
u dan onmiddellijk de stekker uit het stopcontact.
Raak het snoer niet aan voordat u de stekker uit
het stopcontact hebt losgemaakt.
12. Gebruik het gereedschap niet als het snoer
beschadigd of versleten is.
13. Houd een verlengsnoer altijd uit de buurt van
snoeiwerktuigen.
In gebruik nemen
1. Alvorens u het gereedschap gaat monteren of
afstellen, trekt u eerst de stekker uit het stopcontact.
2. Voor het aanraken van het snoeiblad dient u een
paar werkhandschoenen te dragen.
3. Alvorens de stekker in het stopcontact te steken,
inspecteert u het gereedschap op schade, losse
schroeven/moeren of onjuiste montage. Slijp een
bot geworden snoeiblad. Als het snoeiblad verbogen
of beschadigd is, vervangt u het. Controleer alle
bedieningsknoppen en schakelaars op soepele
werking. Zorg dat de handgrepen schoon en droog
zijn.
4. Probeer nooit om het gereedschap in te schakelen
als het beschadigd is of niet volledig gemonteerd.
Anders loopt u kans op ernstige verwonding.
5. Verwijder enige afstelsleutel of moersleutel voordat
u het gereedschap inschakelt. Een afstelsleutel of
moersleutel die blijft bevestigd aan een draaiend deel
van het gereedschap kan gevaar voor lichamelijk
letsel opleveren.
6. Verstel de schouderdraagriem en de handgreep
passend voor het postuur van de gebruiker.
7. Wanneer u de stekker in het stopcontact steekt, dient
u het snoeiwerktuig ver van u af te houden en ook ver
van andere voorwerpen en van de grond. Het kan
bij starten direct gaan draaien en zou verwonding of
schade aan het gereedschap en/of eigendommen
kunnen veroorzaken.
Bediening
1. In noodgevallen schakelt u het gereedschap
onmiddellijk uit.
2. Als u iets ongebruikelijks (vreemde geluiden,
trillingen e.d.) bespeurt tijdens het gebruik, schakelt
u het gereedschap onmiddellijk uit. Gebruik het
gereedschap niet meer totdat de oorzaak is
gevonden en het probleem is verholpen.
3. Waarschuwing. Het snoeiwerktuig blijft na
uitschakelen van het gereedschap nog een
tijdje doordraaien. Wees niet te haastig om het
snoeiwerktuig aan te raken.
4. Gebruik tijdens het werk de schouderdraagriem.
Houd het gereedschap altijd aan uw rechterzijde.
5. Reik niet te ver over. Zorg voortdurend dat u stevig
staat en uw evenwicht bewaart. Pas op voor
verborgen obstakels zoals boomstronken, wortels of
geulen, om te zorgen dat u niet struikelt.