8
Punt 4:
Als de vorken niet verheffen terwijl hij in de OMHOOG stand staat; Draai de moer (59)
tegen de klok in totdat de vorken verheffen tijdens de OMHOOG-stand. Controleer dan de OMLAAG
en de RIJD stand volgens punt 1,2 en 3.
4.
Bediening
LET OP! Controleer het apparaat/ de machine voor IEDER gebruik op ontbrekende/ loszittende
onderdelen, vervormingen en defecten. In het geval er sprake is van één van de eerder genoemde
zaken, dient het apparaat/ de machine per direct buiten gebruik gesteld te worden.
Het rijden en besturen van de palletwagen
met het handvat
De handgreep is direct gekoppeld aan de stuurwielen, de
stuurwielen zullen de positie van de handgreep volgen.
Lading oppakken met de palletwagen
Rijdt de wagen langzaam naar de voorkant van de pallet. Rijd
dan de vork van de palletwagen onder de pallet tot het einde
van de lengte van de vork. (fig.5, situatie A).
Til de lading op door de hendel te pompen in de OMHOOG-
positie. Zorg dat de lading zich op het midden van de
palletwagen bevindt, anders kan de palletwagen zich kantelen.
Rijden met de lading
Het is noodzakelijk om de palletwagen naar de juiste positie te pompen om te kunnen rijden. U moet
wel altijd letten op de ruimte tussen de onderkant van de pallet en zorgen dat de pallet vrij blijft van
de vloer. De handpallettruck moet voorzichtig met een constante snelheid bestuurd worden, waarbij
u voldoende zorg en aandacht heeft voor de omgeving om u heen.
Verlagen van de lading
Til de hendel naar de OMLAAG-positie, en zorg voor een vrije ruimte achter u. Dan kan de
handpallettruck uit de lading worden gereden.
LET OP! :
Verlaag de lading nooit onder het rijden.
Gebruik van de palletwagen op de vrachtwagen
Beweeg de pallettruck langzaam, en let goed op dat de palletwagen niet van de vrachtwagen afvalt.
Als de palletwagen niet wordt gebruikt, moet hij stevig op het voertuig worden vergrendeld.
Fig. 5