5
2.
Veiligheid
1.
De gebruiker dient alle waarschuwingstekens en instructies te lezen en te begrijpen in deze
handleiding en op de palletwagen zelf voordat hij/zij ermee te werk gaat.
2.
Maak geen gebruik van de palletwagen tenzij u er bekent mee bent, ervoor getraind bent of
er bevoegd voor bent.
3.
Controleer het apparaat/ de machine voor IEDER gebruik op ontbrekende/ loszittende
onderdelen, vervormingen en defecten. In het geval er sprake is van één van de eerder
genoemde zaken, dient het apparaat/ de machine per direct buiten gebruik gesteld te
worden.
4.
Gebruik de palletwagen nooit op hellende vloeren, of op een slechte oneven ondergrond.
5.
Het is niet toegestaan om de palletwagen te gebruiken in onvoldoende verlichte ruimtes.
6.
Het is verboden de palletwagen bij rijdende stand af te remmen door de hendel in een
scherpe hoek te draaien.
7.
Het is verboden om mensen te vervoeren met de palletwagen.
8.
Het is niet toegestaan om de palletwagen te gebruiken als een krik.
9.
Het is niet toegestaan om de vork van de palletwagen te gebruiken als een hefboom om de
ladingen te heffen.
10.
Laad de palletwagen niet zoals afgebeeld staat op afbeelding 3 punt B.
11.
Laad niet meer dan de toegestane maximale capaciteit.
12.
Het is niet toegestaan om de palletwagen te gebruiken in riskante situaties.
13.
Het is niet toegestaan om de palletwagen te gebruiken als u direct in contact bent met eten.
14.
Het is niet toegestaan om de palletwagen te gebruiken in een explosieve atmosfeer.
15.
De bestuurder dient de juiste PBM te dragen waaronder veiligheidsschoenen en
handschoenen.
16.
Houd bij bedienen van de palletwagen andere personen op een afstand van 1 m.
17.
Onder elke bijzondere of riskante werkomgeving dient de gebruiker alle relevante
risicobeoordelingen en methode verklaringen uit te voeren voordat hij aan het werk gaat
met de palletwagen.
18.
Het is verboden om de palletwagen te gebruiken als er een risico is dat de lading naar onder
kan vallen bijvoorbeeld: van onveilige hellingen, afdalingen.