Werking
Het model van de bouwtrein-appara-
tenwagen is vanaf de fabriek uitge-
rust met geluidselektronica. Let bij
het gebruik daarvan op de volgende
punten:
• Deze geluidselektronica is uitslui-
tend geschikt voor het gebruik met
de Control Unit, Mobile Station of
Central Station. Het gebruik met
andere bedrijfssystemen is niet
mogelijk.
• De geluidselektronica biedt een
ruime keuze aan geluiden van ver-
schillende werkzaamheden en / of
optische effecten. In totaal kunnen
11 verschillende toestanden via de
functietoetsen op de rijregelaar na
elkaar geactiveerd worden. Het
geluid van een luchthoorn kan via
een aparte toets geactiveerd wor-
den.
• Op de printplaat bevinden zich
twee LED’s die passend bij enkele
geluiden gaan knipperen. Daarom
is het aan te bevelen één van de
zijdeuren te openen om dit effect
te kunnen beleven.
• De geluidselektronica is voorzien
van geluiden die zich normaler
wijze alleen in een stilstaande
wagon afspelen. Daarom is een
“stilstaande wagen” de gebruikeli-
jke bedrijfstoestand van dit pro-
duct. Als het afspelen van de
geluiden ingeschakeld wordt als
de wagon rijdt, zal door een stroo-
monderbreking (bijv. stop tonend
sein) de elektronica gereset wor-
den en naar de basistoestand
terugkeren. Dit geldt ook bij een
noodstop (toets “stop” op een
rijregelaar). Ook in dat geval
schakelt de elektronica terug in
de basistoestand.
• Een ander geluidsbeeld kan alleen
dan worden gekozen als de
geluidselektronica geen geluiden
meer weergeeft (f2 en f3 uit). Aan-
gezien bij sommige geluidsbeel-
den, na het uitschakelen, nog
deels een typisch afschakelgeluid
weergegeven wordt, kan een
ander geluidsbeeld pas weerge-
geven worden als het afschakel-
geluid verstomt is.
• Het fluitsignaal van de luchthoorn
(bijv. om te waarschuwen voor een
passerende trein) kan alleen dan
via de toets f3 ingeschakeld wor-
den als het geluidsbeeld dat via de
toets f2 bedient wordt, uitgescha-
keld is.
• De geluidselektronica kan op 80
verschillende Digital-/Systems-
adressen ingesteld worden.
• Het volume van de geluidselektro-
nica is met een potentiometer
instelbaar.
19