Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de
fi
rma Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microver
fi
lming of de
registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van
uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van techniek en uitrusting voorbehouden.
© Copyright 2012 by Conrad Electronic SE.
V1_0212_01/HD
Ingebruikname en bediening
Neem het apparaat alleen dan in gebruik, als u de gebruiksaanwijzing heeft doorgelezen
en de inhoud ervan heeft begrepen. Controleer nogmaals of alle aansluitingen juist zijn.
Gebruik het apparaat niet als het beschadigd is.
Schakel de actieve monitor-box altijd als laatste aan en als eerste uit. Daarmee voorkomt
u, dat storende geluiden die bijv. bij het uitschakelen van een mengpaneel kunnen ont-
staan, de actieve monitor-box beschadigen.
Het apparaat mag alleen door personen worden bediend, die bekend zijn met de inhoud
van deze gebruiksaanwijzing en deze in acht nemen. Houd andere personen en kinderen
uit de buurt van het apparaat.
• Draai de regelaar MASTER (1), MIC (2) en LINE (3) volledig dicht (tot linker aanslag).
• Schakel het aangesloten mengpaneel in en start de weergave.
• Schakel de actieve monitor-box met de schakelaar POWER (13) aan de achterkant van de behuizing in.
• De indicator POWER (9) gaat branden.
• Indien aan de ingang een signaal erkent wordt, gaat de indicator SIGNAL (8) eveneens branden.
• Draai de regelaar MASTER (1) in de middelste instelling in het eerste derde gedeelte van het regelbereik.
• Zet het volume van het mengpaneel op ca. 75% van het maximale volume resp. op het maximale onver-
vormde niveau (bij apparaten met volume-indicatoren te zien aan de markering „0 dB“).
• Draai nu de regelaar LINE (3) zo ver met de klok mee, tot het signaal wordt vervormd. Draai vervolgens de
regelaar weer iets terug.
• Om de microfooningang aan te passen draait u de regelaar MIC (2) met de klok mee, tot de het microfoon-
volume ongeveer overeenkomt met het volume van het mengpaneel.
• Regel nu het volume van de actieve monitor-box met de regelaar MASTER (1) op het maximaal benodigde
volume. De indicator LIMIT (7) moet hierbij hoogstens kort gaan knipperen. Brandt ze continu, dan is het
volume te hoog ingesteld.
• Deze instelling behaalt een zo hoog mogelijke ruisafstand en maakt de beste audiokwaliteit mogelijk.
• Regel het geluid van de actieve monitor-box met de regelaars TREBLE (4), MID (5) en BASS (6). TREBLE
regelt het bereik van de hoge tonen, MID het bereik van de middelste tonen en BASS het bereik van de lage
tonen. Draaien met de klok mee verhoogt het volume van het betreffende frequentiebereik en omgekeerd.
• Na deze basisinstelling wordt het volume slechts nog met de volumeregelaar op het mengpaneel ingesteld.
Bij elke verandering van de schakeling moet het instelproces worden herhaald.
• Mocht de actieve monitor-box bij volumepieken overbelast raken, dan gaat de indicator LIMIT (7) branden
en regelt de ingebouwde versterker het vermogen terug, om schade te voorkomen.
• Om de complete installatie uit te schakelen, schakelt u eerst de actieve monitor-box met de schakelaar
POWER (13) en daarna pas het mengpaneel uit.
Service en onderhoud
De actieve monitor-box is onderhoudsvrij.
Van buiten moet ze slechts worden afgezogen of met een licht bevochtigde doek worden afgewist. Let er
hierbij op dat de gevoelige luidsprekermembranen niet worden aangeraakt.
Gebruik in geen geval agressieve schoonmaakmiddelen of chemische oplossingen, omdat deze de bekleding
of de membranen kunnen beschadigen.
Vervangen van de zekering
Let er bij vervanging van zekeringen op dat uitsluitend zekeringen van het aangegeven type en met de juiste
nominale stroomsterkte worden gebruikt (zie Technische gegevens).
Het repareren van zekeringen of het overbruggen van de veiligheidsschakelaar is niet
toegestaan.
• Nadat de verbinding met het netwerk succesvol verbroken is (netstekker lostrekken!) trekt u de eurostekker
uit de netwerkaansluiting (14) op het apparaat. Haal de zekeringhouder (15) op de netaansluiting met de
defecte zekering eruit.
• Verwijder de defecte zekering en vervang deze door een nieuwe zekering van hetzelfde type.
• Zet de zekeringhouder (15) met de nieuwe zekering nu weer voorzichtig in het apparaat.
• Verbind het netsnoer pas daarna weer met het apparaat en steek de stekker in een stopcontact.
Afvoer
Voer het product aan het einde van zijn levensduur af in overeenstemming met de geldende
wettelijke bepalingen.
Technische gegevens
Bedrijfspanning
220 – 240 V/50-60 Hz
Vermogensopname 150
VA
Zekering
T1 AL/250 V (5 x 20 mm)
Uitgangsvermogen
100/200 W (RMS/max.)
Frequentiebereik
50 – 19000 Hz
max. geluidsdruk
115 dB
Scheidingfrequentie 2,5
kHz
Uitstraalhoek
90 x 60°
Afmetingen
635 x 385 x 355 mm
Gewicht 19,25
kg
Opstellen
Let bij het opstellen samen met andere apparatuur op voldoende ventilatiemogelijkhe-
den. Houd voldoende afstand tot warmtebronnen. Plaats de actieve monitor-box niet in
de directe nabijheid van warmtebronnen, zoals bijv. een verwarming. Richt geen sterke
stralers of lichtbronnen op het apparaat. Dit kan leiden tot oververhitting (brandgevaar!).
De warmteafvoer van het apparaat mag niet worden belemmerd. Dek de achterkant van
het apparaat niet af. De luchtcirculatie niet belemmeren door voorwerpen zoals tijd-
schriften, tafelkleden en gordijnen. Dit verhindert de warmteafvoer van het apparaat en
kan leiden tot oververhitting (brandgevaar).
Boor voor het bevestigen niet in de behuizing en plaats geen extra schroeven; hierdoor
kunnen spanningvoerende delen bloot komen te liggen.
Zorg ervoor dat de aansluitkabels niet worden afgekneld of door scherpe randen worden
beschadigd. Leg kabels altijd zo dat er niemand over kan struikelen of erin kan blijven
haken. Er bestaat verwondingsgevaar.
De kabels moeten lang genoeg zijn. Voorkom dat de kabels door trekkracht mechanisch
worden belast. Hierdoor kunnen de kabels resp. het apparaat beschadigd raken. Er be-
staat gevaar voor een levensgevaarlijke elektrische schok.
Plaats de actieve monitor-box niet in de directe nabijheid van beeldschermen zoals te-
levisieapparaten of computermonitors. De kans bestaat dat het magnetisch veld van de
luidspreker het beeld vervormt.
Gebruik de actieve monitor-box uitsluitend op een stabiele ondergrond, die niet gevoe-
lig is voor warmte.
Let er bij het opstellen op, dat het apparaat veilig op een stabiel oppervlak wordt ge-
plaatst.
Indien u de actieve monitor-box op een hogere plaats neerzet of indien u meerdere
boxen op elkaar zet, moeten de boxen worden beveiligd met hiervoor geschikte vei-
ligheidsvoorzieningen. Controleer hierbij of het bevestigingsmateriaal en het veranke-
ringsoppervlak voldoende zijn gedimensioneerd voor de betreffende belasting.
Als de luidsprekerboxen naar beneden vallen, kunnen mensen ernstig gewond raken.
De beveiliging van de box mag daarom uitsluitend door ervaren en geschoold personeel
worden uitgevoerd.
De actieve monitor-box mag niet aan de draaggrepen of dergelijke worden opgehangen.
Wanneer de actieve monitor-box op een statief wordt geplaatst, dient dit overeenkoms-
tig stabiel te zijn en voor de belasting van de luidspreker geschikt te zijn.
• Zet de actieve monitor-box op de gewenste plaats.
• Indien nodig kunt u een luidsprekerstatief in de boxen
fl
ens aan de onderkant steken.
• Zet de box met de luidspreker in de gewenste richting.
Aansluiting van signaal-in- en uitgangen
Zorg ervoor dat bij de aansluiting van de signaal-in- en uitgangen de aansluitsnoeren
niet worden platgedrukt of door scherpe randen worden beschadigd.
De ingangen mogen uitsluitend op audio-uitgangen van audioapparatuur resp. van mi-
crofonen met een laag niveau worden aangesloten.
De actieve monitor-box en het apparaat waarop hij wordt aangesloten, moeten tijdens de
aansluiting uitgeschakeld zijn.
Gebruik voor de aansluiting van de in- en uitgangen uitsluitend hiervoor geschikte, afge-
schermde audiokabels. Bij gebruik van de verkeerde kabels kunnen storingen optreden.
Om vervormingen of foutaanpassingen te vermijden, die tot beschadiging van de actie-
ve monitor-box kunnen leiden, alleen audioapparatuur met overeenkomstige uitgangen
op de ingangen aansluiten.
Leg de aansluitsnoeren zo, dat niemand erover kan struikelen.
• Verbind de aansluiting LINE IN (11) met de uitgang van de voorversterker van het voorgeschakelde audio-
apparaat (bijv. mengpaneel).
• Verbind de aansluiting MIC IN (10) met uw microfoon. Hier kunnen dynamische microfonen en condensa-
tor-microfonen met eigen voeding worden aangesloten.
• Verbind de aansluiting LINE OUT (12) met de ingang van een ander apparaat, dat u met hetzelfde signaal
als de actieve monitor-box wilt voeden.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Het stopcontact waarop de active-/monitor-box wordt aangesloten, moet gemakkelijk
bereikbaar zijn zodat het apparaat in geval van storingen snel en zonder gevaren van de
netspanning kan worden gescheiden.
De actieve monitor-box en alle aangesloten apparaten moeten bij het aansluiten van de
voedingsspanning zijn uitgeschakeld.
Controleer of alle elektrische verbindingen, verbindingsleidingen tussen de apparaten
en eventuele verlengsnoeren voldoen aan de voorschriften en in overeenstemming zijn
met de gebruiksaanwijzing.
• Verbind de eurostekker van het netsnoer met de netaansluiting (14) aan de achterkant van de behuizing.
• Steek de netstekker van het netsnoer in een wandcontactdoos.
• Met de schakelaar POWER (13) wordt de actieve monitor-box in- resp. uitgeschakeld.
Stand „O“: Apparaat is uitgeschakeld.
Stand „I“: Apparaat is ingeschakeld.
• Als het apparaat is ingeschakeld, brandt de indicator POWER (9).