136
Moedermelk bewaren en ontdooien (vervolg)
11.3 Invriezen
LET OP
• Door herhaaldelijk invriezen/ontdooien wordt de structuur van de melk vernietigd.
Vries moedermelk daarom nooit opnieuw in.
• Vries afgekolfde moedermelk in plastic flessen of moedermelkbewaarzakjes in.
Vul de flesjes of zakken voor niet meer dan 3/4, zodat de melk kan uitzetten.
• Label de flesjes of moedermelkbewaarzakjes met de afkolfdatum en de hoeveelheid
afgekolfde melk.
• Ingevroren plastic flessen en onderdelen worden broos en daardoor is er een verhoogde
kans op breken wanneer deze vallen.
• Gebruik de moedermelk niet als de fles of een onderdeel tekenen van beschadiging
vertoont.
11.4 Ontdooien
VOORZICHTIG
Ontdooi of verwarm moedermelk niet in een magnetron of in een pan met kokend water.
Zo blijven de belangrijke bestanddelen behouden en voorkomt u brandwonden.
• Ontdooi de melk door deze gedurende een nacht in de koelkast te plaatsen. Zo blijven
de bestanddelen van de moedermelk behouden.
• Een andere mogelijkheid is om het flesje of het moedermelkbewaarzakje in warm water
(max. 37 °C/98,6 °F) te plaatsen.
LET OP
Draai het flesje of zakje voorzichtig rond om eventueel gescheiden vet te mengen. Vermijd
hard schudden en roeren van de melk.
11.5 Moedermelk geven
Het wordt aanbevolen om eerst borstvoeding goed te laten verlopen voordat u uw baby
met de fles gaat voeden.
• Controleer de fles, de speen en andere onderdelen altijd direct voor en na elk gebruik.
Staak het gebruik van een speen onmiddellijk als deze gebarsten of gescheurd lijkt te zijn.
• Test om verstikkingsgevaar te voorkomen of de speen sterk genoeg is door eraan te trekken.
• Probeer niet om de opening in de speen groter te maken.
• Baby’s mogen niet zonder toezicht van een volwassene met de fles worden gevoed.
• Gebruik de speen niet als fopspeen.
Ga voor meer informatie over het opvangen en bewaren van moedermelk naar
www.medela.com
.