164
In geval van storingen
PROBLEEM
MOGELIJKE OORZAAK
OPLOSSING
Kan apparaat niet in-
schakelen.
Het contact staat niet aan.
Contact aanzetten door de con-
tactsleutel te draaien
Een van de zekeringen is
defect.
Zekering vervangen.
Geen geluid!
Het geluidsvolume staat
op minimum.
Het volume verhogen.
De kabels zijn niet goed
aangesloten.
De kabelverbindingen controle-
ren.
Functietoetsen func-
tioneren niet.
De ingebouwde micro-
computer werkt niet be-
hoorlijk als gevolg van ruis.
Op de toets
R E S E T
drukken.
De radio en/of het
automatische zender-
geheugen functione-
ren niet.
De antennekabel is niet
correct aangesloten.
Controleren of de antennekabel
goed zit.
De zendersignalen zijn te
zwak.
De zenders handmatig instellen.
Het zendergeheugen
werkt niet.
De kabel voor constan-
te plus (geel) is niet goed
aangesloten.
De kabelverbindingen controle-
ren. Zie hiervoor het hoofdstuk
Montage en ingebruikname.
De mobiele telefoon
wordt niet herkend.
De mobiele telefoon is niet
compatibel met de Blue-
tooth-eenheid.
De werking met een andere mo-
biele telefoon testen.
Condensatie!
De autoradio een paar uur uitschakelen en het daarna opni-
euw proberen.
Wanneer het product
moet afrekenen met
spanningsschomme-
lingen of overspan-
ning werkt het mis-
schien niet meer naar
behoren.
Druk op de
R E S E T
-knop om de correcte werking te herstel-
len.
83296 ML eCommerce Content RC1.indb 164
83296 ML eCommerce Content RC1.indb 164
15.03.2012 16:48:09
15.03.2012 16:48:09