Afbeelding 5.
Waarschuwing:
Als de katheter onmiddellijk distaal van de tweede
onthullingstrekker gebogen is, kan dit onthullingsprob-
lemen veroorzaken vanwege het buigen van de katheter
(afb. 6).
Afbeelding 6.
Het is aanbevolen dat de eerste 5 cm van de katheter
distaal van de tweede onthullingstrekker recht blijft om
juiste stentonthulling te vergemakkelijken (afb. 7).
Afbeelding 7.
9. Onthulde stent beoordelen en plaatsingssysteem
verwijderen.
Bevestig door middel van een endoscoop en fluo-
roscoop dat de stent volledig onthuld en geëxpandeerd
is. Verwijder voorzichtig de plaatsingskatheter uit de
geëxpandeerde stent en zorg ervoor dat de stent niet
met de distale tip van het plaatsingssysteem wordt
verplaatst. Dilatatie is niet aanbevolen. Als de stent niet
voldoende expandeert of niet in de gepaste positie is,
kan de stent worden verwijderd zoals hieronder wordt
beschreven. Beoordeel opnieuw de grootte van de
oesofagus en kies de geschikte maat van het instrument.
Herhaal de stentimplantatie met een nieuw instrument.
HERPOSITIONEREN VAN DE OESOFAGEALE STENT
Het MERIT ENDOTEK™ AL
IMAXX-ES™
oesofageale sten-
tontwerp laat onmiddellijk na het verplaatsen proximaal
herpositioneren van de stent toe. Traditionele medische
praktijk suggereert dat stents niet opnieuw distaal wor-
den gepositioneerd. Herpositioneren van de stent kan
nodig zijn in het geval de stent niet in de gewenste loca-
tie zit of niet de juiste maat heeft. Plaats de endoscoop
zodat de hechtingsknoop bij het proximale uiteinde van
de stent zichtbaar is.
De AL
IMAXX-ES™
oesofageale stent kan proximaal
geherpositioneerd worden door met de rattentandgri-
jptang de hechtingsknoop aan het proximale uiteinde
van de stent te grijpen en er voorzichtig aan beginnen te
trekken (afb. 8).
Afbeelding 8.
Door het effect van de tabakzakhechting komt het
proximale uiteinde van de stent los van de oesofageale
wand waardoor atraumatisch herpositioneren gemak-
kelijker is (afb. 9).
Afbeelding 9.
Ingeval de hechting doorgesneden wordt tijdens
een poging tot herpositioneren van de stent, dient
de gebroken hechtingsdraad voorzichtig te worden
verwijderd. De stent mag geherpositioneerd worden
door voorzichtig aan het proximale uiteinde van de stent
te trekken met een grijptang, zoals een krokodillenbek-
tang. Open de tang en beweeg voorzichtig de tang over
het proximale uiteinde van de stent bij de locatie van
een van de metalen stentconnectors, zoals getoond in
afbeelding 10.
Afbeelding 10.
Eén bek dient buiten de stent te worden gepositioneerd,
tussen de stent en de luminale wand. De andere bek
dient buiten de stent te worden gepositioneerd. Sluit de
tang over de stentconnector en grijp zoveel mogelijk de
stentconnector met de tang. Grijp de bedekking van de
stent niet alleen vast zonder de metalen stentconnector
vast te grijpen.
Afbeelding 11.
Trek voorzichtig aan de metalen stentconnector om de
stent proximaal te herpositioneren (afb. 11).
WAARSCHUWING:
Niet proberen te herpositioneren
door het middelste of distale uiteinde van de stent vast
te grijpen.
WAARSCHUWING: Nooit een biopsietang gebrui-
ken om de stent te herpositioneren. Alleen een
rattentandgrijptang mag gebruikt worden om de
hechtingsknoop tijdens het herpositioneren vast te
grijpen. Als de hechting doorgesneden wordt, niet de
rattentandtang gebruiken om de metalen strutten of
polyurethaan bedekking beet te pakken om de stent
te herpositioneren.
WAARSCHUWING:
De stent niet roteren met behulp
van een tang als de stent proximaal geherpositioneerd
wordt.
VERWIJDEREN VAN DE OESOFAGEALE STENT
Het MERIT ENDOTEK™ AL
IMAXX-ES™
oesofageale sten-
tontwerp laat verwijderen van de stent na het plaatsen
toe. Het verwijderen van de stent kan nodig zijn ingeval
de stent niet in de gewenste locatie zit of niet de juiste
maat heeft. Plaats de endoscoop zodat de hechtingsk-
noop bij het proximale uiteinde van de stent zichtbaar is.
De AL
IMAXX-ES™
oesofageale stent kan verwijderd wor-
den door met de rattentandgrijptang de hechtingsknoop
aan het proximale uiteinde van de stent vast te grijpen
en er voorzichtig aan te trekken (afb. 8).
Niet de biopsi-
etang gebruiken om doorsnijden van de hechting te
vermijden. Door het effect van de tabakzakhechting
komt het proximale uiteinde van de stent los van de
oesofageale wand waardoor atraumatisch verwij-
deren vergemakkelijkt wordt (afb. 9).
Ingeval de hechting wordt doorgesneden, wordt als
geprefereerde methode voor het verwijderen van
de stent een endoscoop met dubbel kanaal gebruikt
en twee rattentandgrijptangen. Gebruik beide rat-
tentandgrijptangen en grijp voorzichtig zowel de be-
dekking van de stent als de metalen strutten aan de
tegenoverliggende zijden van het proximale uiteinde
van de stent vast en trek er voorzichtig aan.
Ingeval een hechting wordt doorgesneden en een
endoscoop met dubbel kanaal is niet beschikbaar,
kan de stent worden verwijderd door er voorzichtig
met rattentandgrijptangen aan te trekken. Begin
met het openen van de rattentandgrijptand en breng
voorzichtig de grijptang over het proximale uiteinde
van de stent (afb. 12). Grijp zowel de bedekking van
de stent als de metalen strutten met de grijptang
en doorprik de bedekking met de tanden van de
grijptang.
Afbeelding 12.
Terwijl de onderste tand van de tang in de stent
haakt, opent u de tang. Plaats de bovenste bek van
de tang over de tegenoverliggende rand van de
stent. Grijp zowel de bedekking van de stent als de
metalen strutten met de bovenste bek van de tang,
en doorprik de bedekking met de boventand van de
tang. Sluit de tang. Roteer de tang een kwartdraai
en trek om de stent proximaal te verwijderen (afb.
13-15).
Afbeelding 13.