177
2. Naam van het modelgeheugen wijzigen
• Als u in het hoofdmenu (zie afb. 5) op de toets „ENTER“ drukt, kunt u met de
toetsen „+“ resp. „-“ de functie „8:MODEL“ kiezen (afb. 53).
• Druk nogmaals op „ENTER“ om naar het modelmenu te gaan (afb. 56).
• Selecteer met de toetsen „+“ resp. „-“ de functie „EDT“ (zie afb. 57).
„SEL“ = modelgeheugen selecteren
„EDT“ = modelgeheugen bewerken
„CPY“ = modelgeheugen kopiëren
• Druk op de toets „ENTER“; er wordt een matrix met alle beschikbare tekens
weergegeven (0...9, A...Z), zie afbeelding 58.
Ga voor het invoeren van een naam als volgt te werk:
Met de toetsen „+“ en „-“ kunt u een teken selecteren (voor snel instellen
moet u de betreffende toets ingedrukt houden).
Geheel rechts onderin de tekenmatrix vindt u de spatie.
Met de toets „ENTER“ komt u bij de volgende invoerpositie.
Voor het wissen van een teken selecteert u „
“ en drukt u op de toets
„ENTER“.
Om tussen hoofdletters en kleine letters te wisselen, selecteert u „
“ en
drukt u op de toets „ENTER“ (misschien bij deze versie van de
afstandsbediening zonder functie!).
Om de invoer te beëindigen en de naam op te slaan, selecteert u „ “ en
drukt u op „ENTER“. De afstandsbediening bevindt zich daarna weer in het
modelmenu (afb. 56).
• Met de toets „EXIT“ wordt de wijziging/invoer van de naam afgebroken en
bevindt de afstandsbediening zich weer in het modelmenu (afb. 56). De vo-
rige naam van het modelgeheugen wordt niet gewijzigd.
Afb. 57
MODEL 11.2V
MDL.N: Mod00
SEL
EDT
CPY
MODEL 11.2V
MDL.N: Mod00
SEL
EDT CPY
Afb. 56
MDL.N:
0
1 2 3 4 5 6 7 8 9
A B C D E F G H
I J K L M N O P Q
R S T U V W X Y Z
Afb. 58
Summary of Contents for 20 72 54
Page 200: ...198 ...
Page 201: ...199 ...