NL
75
3. BESCHRIJVING EN CORRECT GEBRUIK VAN
HET TOETSENPANEEL
Het toetsenpaneel beschikt over 10 cijfers en twee functie-
toetsen: (de plus), die wordt gebruikt voor het toevoegen,
en (het vinkje), die wordt gebruikt voor het verwijderen en
bevestigen van codes of voor het ontgrendelen. Het toet-
senpaneel is verlicht met blauwe achtergrondverlichting.
De groende functietoetsen branden wanneer een juiste
code is ingevoerd of wanneer een geschikte functie wordt
geactiveerd. Rode achtergrondverlichting wordt geactive-
erd wanneer de code onjuist is of wanneer een geschikte
functie is geactiveerd. Bij sterk licht is de verlichting van
het toetsenpaneel slecht zichtbaar en lijken de toetsen
wit. Als de programmering van het toetsenpaneel bij sterk
licht wordt uitgevoerd, is het raadzaam het toetsenpane-
el af te schermen, om de verlichting en de lichtsignalen
beter te kunnen zien. Wanneer een van de toetsen wordt
ingedrukt, hoort u een korte pieptoon, wat aangeeft dat
de toets is geactiveerd.
De toetsen zijn capacitief en hebben elk een sensor eron-
der, wat touch-besturing mogelijk maakt. Om een toets te
activeren, moet u het hele cijfer met uw vinger bedekken
door deze licht en snel aan te raken. Als de vinger de toets
langzaam nadert, wordt de toets mogelijk niet geactive-
erd. Er kunnen 100 verschillende codes worden opgesla-
gen in het toetsenpaneel. Elke code kan een willekeurige
lengte hebben: minimaal 4 cijfers en niet meer dan 16
cijfers. De eerste code die wordt ingesteld, is de beheerder-
scode. Alleen met deze code is het mogelijk om de functies
van het toetsenpaneel te wijzigen en andere codes toe te
voegen en te verwijderen. Er wordt slechts één beheerder-
scode opgeslagen in het toetsenpaneel.
Het toetsenpaneel mag alleen met de vinger worden
gebruikt. Gebruik geen harde of scherpe voorwerpen om
te typen, aangezien deze het oppervlak van het toetsenpa-
neel kunnen beschadigen.
De eerste code die wordt ingevoerd, is de beheerderscode
en is de enige die op elk moment kan worden ingevoerd.
De beheerderscode kan later worden gewijzigd, maar u
moet hiervoor wel de oude weten. De beheerderscode kan
ook worden gebruikt voor ontgrendeling. LET OP: Als u de
beheerderscode vergeet, kunt u het apparaat niet meer
bedienen en moet u het opnieuw instellen.
De gebruikerscode kan alleen worden gebruikt voor het
ontgrendelen van de deur. Het kan niet worden gebruikt
voor het toevoegen of verwijderen van andere codes. De
gebruikerscode kan op elk moment worden verwijderd
met behulp van de beheerderscode. Het toetsenpaneel
kan 99 gebruikerscodes opslaan.
Als u de gebruikerscode bent vergeten, kunt u een nieuwe
invoeren met de beheerderscode, of de database in zijn
geheel verwijderen.
FABRIEKSRESET UITVOEREN
De fabrieksreset kan worden uitgevoerd door op de R-knop
op de regeleenheid te drukken en deze 10 seconden in-
gedrukt te houden. Hiermee worden alle codes uit het
geheugen verwijderd (inclusief de beheerderscode).
Als de fabrieksreset wordt uitgevoerd op de BBX-rege-
leenheid, wordt de koppeling van mobiele telefoons of
tablets ook verwijderd. Deze moeten dan opnieuw worden
gekoppeld. Na de resetfunctie moeten alle opgeslagen wi-
fi-verbindingen in de instellingen van de mobiele telefoon
worden verwijderd.
Het apparaat resetten met de app:
Door op het veld
“FACTORY RESET” (Fabrieksreset) te klikken, worden alle
codes die in het geheugen zijn opgeslagen (inclusief de be-
heerderscode), gewist, en wordt het apparaat teruggezet
naar de fabrieksinstellingen. De verbinding met mobiele
telefoons/apparaten wordt ook verbroken.
Na deze handeling moet eerst de mobiele telefoon worden
gekoppeld.
Het apparaat resetten met de signaaldraad van de
deurtelefoon:
Wanneer de signaaldraad voor het ope-
nen van de deur van de deurtelefoon gedurende 6o sec. is
aangesloten op + op de voeding, dan worden alle codes
die in het geheugen zijn opgeslagen (inclusief de beheer-
derscode), gewist, waarna het apparaat wordt teruggezet
naar de fabrieksinstellingen. De verbinding met mobiele
telefoons/apparaten wordt ook verbroken. Na deze han-
deling moet eerst de mobiele telefoon worden gekoppeld.
4. ONDERHOUD EN REINIGING VAN HET
APPARAAT
Het apparaat heeft geen onderhoud nodig. Als het toet-
senpaneel moet worden schoongemaakt, gebruikt u een
droge of licht bevochtigde zachte doek. Gebruik voor de
reiniging geen agressieve schoonmaakmiddelen, oplos-
middelen, logen of zuren. Het gebruik van agressieve rei-
nigingsmiddelen kan het oppervlak van het toetsenpaneel
beschadigen. Hiermee vervalt de garantie.
5. BEHEER VIA DE APP
Download de app X-manager op uw smartphone of tablet via
Google Play of via de App Store.
VOOR DE EERSTE VERBINDING IS HET
VERPLICHT DE FABRIEKSINSTELLINGEN
TE HERSTELLEN.
Wanneer de applicatie voor het eerst
verbinding maakt met het toetsenpaneel:
Als u meerdere apparaten van X-manager in
de buurt hebt, moeten de andere waarmee u
momenteel geen verbinding maakt, worden
losgekoppeld van de voeding. Dit voorkomt
dat de X-manager verbinding maakt met een
ander apparaat waarmee u momenteel geen
verbinding wilt maken.