28
NL
A
B
KLIK
KLIK
WAARSCHUWING:
Controleer voor elk gebruik of het kinderzitje goed is bevestigd.
INSTALLATIE MET ISOFIX-BEVESTIGING, VERANKERING BOVENAAN
EN VEILIGHEIDSGORDEL
1.
Plaats het kinderzitje op de juiste plaats, naar voren gericht (in
de rijrichting), plat op de onderkant van de autostoel en tegen
de rugleuning.
2.
Druk op de ISOFIX-knop om de twee ISOFIX-
vergrendelingsarmen aan de onderkant naar buiten te trekken.
U hoort een KLIK!
Controleer of de indicator rood kleurt, dit
betekent dat de ISOFIX-bevestigingen ontgrendeld zijn.
OPMERKING:
De ISOFIX-bevestigingspunten bevinden zich tussen
het oppervlak en de rugleuning van de autostoel.
3.
Plaats de ISOFIX-bevestigingen op één lijn met de metalen
verankeringen aan de onderkant van de rugleuning van de
autostoel en druk deze erin tot ze vastklikken.
U hoort een KLIK!
Controleer of de indicator van de ISOFIX-vergrendelingsarmen
groen kleurt als teken dat ze veilig bevestigd zijn.
PAS OP:
Controleer na de ISOFIX-installatie of het kinderzitje goed vastzit. Als het
kinderzitje niet stabiel is en kan bewegen, installeer het dan opnieuw.
4.
Kies een stand van 1 tot 4.
5.
Om de verankering bovenaan te gebruiken, maakt u deze los door de riem losser te maken
en de verankering los te klikken van het opberganker.
OPMERKING:
Sommige voertuigen hebben een derde ISOFIX-bevestigingspunt voor een
verankering bovenaan, aan de achterkant van de achterbank, zodat het kinderzitje bij
een ongeval niet naar voren kantelt.
Controleer of uw auto hiermee is
uitgerust.
6. Om de verankering bovenaan langer
te maken, drukt u op de afstelknop
van de verankering bovenaan en
trekt u om de riem langer te maken.
7.
Maak de sluiting vast aan het
bevestigingspunt achter de
achterbank. Er zijn drie manieren om
de sluiting te bevestigen. Raadpleeg
de onderstaande afbeelding.
8. Controleer of de klem van de verankering bovenaan strak vastzit.
OPMERKING:
Voor de veiligheid van uw kind moet de verankering bovenaan tijdens het rijden
strak zijn aangetrokken.
KLIK
A
B
KLIK