11
13.
Zorg dat alle delen goed vastzitten voordat u de loopband gebruikt.
Als er zich lagen doorzichtig plastic
op de loopbandstickers bevinden, dient u het plastic te verwijderen. Plaats een mat onder de loopband om de
vloer of het vloerkleed te beschermen. Opmerking: er kunnen extra onderdelen zijn meegeleverd. Berg de
meegeleverde inbussleutels goed op; een van de inbussleutels wordt gebruikt om de loopband mee af te
stellen (zie paginaʼs 27 en 28).
12. Steek het snoer in (zie pagina 13) en plaats de
sleutel in het bedieningspaneel. Druk op de
toets Helling verkleinen op het bedieningspa-
neel totdat de Helling het minimale
hellingsniveau bereikt.
Verwijder de sleutel en
trek het stroomsnoer uit het stopcontact.
Breng daarna het Onderstel (56) omhoog, tot de
positie die is afgebeeld.
Zorg dat een tweede
persoon het Onderstel vasthoudt tot deze
stap is voltooid.
Richt de Opbergvergrendeling (53) zo dat de
grote loop en de Vergrendelingsknop (54) zich
in de afgebeelde posities bevinden.
Bevestig de vergrendeling aan de
Opbergvergrendeling (53) aan de Basis (83)
met twee 3/8" x 2" Bouten (4) en twee 3/8"
Moeren (8).
Bevestig het bovenste uiteinde van de
Opbergvergrendeling (53) in de beugel op het
Onderstel (56) met een 3/8" x 2" Bout (4) en een
3/8" Moer (8). Opmerking: het kan nodig zijn om
het Onderstel heen en weer te schuiven om de
Opbergvergrendeling uit te lijnen met de beugel.
Breng het Onderstel (56) naar beneden (zie DE
LOOPBAND LATEN ZAKKEN VOOR GEBRUIK
op pagina 25).
53
8
8
Grote
Loop
83
14
4
56
12
4
54
11. Plaats de draden in het bedieningspaneel in de
handleuningsmodule.
Maak het Bedieningspaneel aan de handleuning
vast met vier 1/4" x 3/4" Bouten (5).
Zorg dat u
de bedrading niet beklemt.
Bedienings-
paneelmodule
5
5
Draden
Handleuning
11