19
Het bedieningspaneel aanzetten.
Zie stap 1 op pagina 15.
Kies een hartslagprogramma.
Om een hartslag-
programma te se-
lecteren, druk op
een van de drie
Hartslagfrequenti-
etoetsen [HEART
RATE]. Als u op
een Hartslagfre-quentietoets drukt, dan zal de in-
dicator van de toets aangaan.
Als u het eerste
hartslagpro-
gramma kiest,
dan zal er een
hartsymbool op de
matrix verschijnen.
Als u het tweede
of het derde hart-
slagprogramma
kiest, dan zal een
profiel van de eer-
ste doelhartslag-
waarden van het
programma op de matrix verschijnen.
Toets een doelhartslagfrequentie in.
Als het eerste hartslagprogramma wordt gese-
lecteerd, dan zal de hartslagfrequentie van het
programma op de Hartslagdisplay beginnen te
flikkeren. Als u dat wilt, dan kunt u op de omhoog-
of omlaagtoetsen drukken onder de
Hartslagdisplay om de doelhartslag te veranderen
(raadpleeg INTENSITEIT VAN DE OEFENING op
pagina 22). Aandacht: Dezelfde doelhartslag zal
voor het hele programma worden gebruikt.
Als u het tweede of derde hartslagprogramma
heeft geselecteerd, dan zal de maximale doel-
hartslag van het programma beginnen te flikkeren
op de Hartslagdisplay. Als u dat wilt, druk op de
omhoog- en de omlaagtoetsen onder de
Hartslagdisplay om de maximale doelhartslag te
veranderen (raadpleeg INTENSITEIT VAN DE
OEFENING op pagina 22). Aandacht: Als u de
maximale doelhartslag bijstelt, dan wordt het inten-
siteitsniveau van het hele programma gewijzigd.
Pak de handgreep met polssensor vast of
draag de optionele borstkassensor.
Om het hartslagprogramma te gebruiken, moet u
de borstkas-sensoren dragen (zie pagina 11) of de
handsensoren gebruiken. Opmerking: Het kan
zijn dat het bedieningspaneel de juiste meting
van de hartslag niet kan aangeven als u de
borstkast-sensor gebruikt en u zich vasthoudt
aan de handgrepen met polssensor.
Wanneer u de handgreep met polssensor ge-
bruikt is het niet nodig de handgrepen tijdens het
programma continu vast te houden. U moet wel
echter de handgrepen vaak vast houden zodat
het programma goed functioneert. Iedere keer u
de handrepen vastpakt, houdt dan uw handen
minstens 30 seconden op de metalen contact-
punten. Opmerking: De letters PLS zullen in de
display verschijnen in plaats van uw hartslag me-
ting wanneer u de handgrepen niet vasthoudt.
Druk op de Starttoets om het programma te
starten.
Het eerste hartslagprogramma—Dit programma
is onderverdeeld in 100 segmenten van één mi-
nuut. Voor alle periodes wordt dezelfde doelhart-
slag geprogrammeerd. Opmerking: Voor een kor-
tere oefening, stop met de training of kies een
ander programma voordat het programma stopt.
Het tweede en derde hartslagprogramma—
Deze programma’s zijn onderverdeeld in 30 seg-
menten van één minuut. Er wordt een doelhart-
slag geprogrammeerd voor elk segment.
Opmerking: U kunt dezelfde doelhartslag pro-
grammeren voor twee of meer opeenvolgende
segmenten.
De doelhartslag
voor het eerste
segment begint in
de balk van het
Huidig Segment op
de display te knip-
peren. De doelhart-
slag voor de volgende segmenten wordt in de bal-
ken aan de rechterkant weergegeven.
Als er maar drie seconden van het eerste seg-
ment van het programma overblijven, begint de
balk van het Huidig Segment en de balk rechts
daarvan te knipperen. U zult verschillende piepto-
nen horen en
alle doelhartslagfrequenties zullen
één positie naar links verschuiven. De doelhart-
slag voor het tweede segment zal dan worden
weergegeven in de knipperende balk van het
Huidig Segment.
5
4
3
2
1
Huidige Segment
HOE EEN PROGRAMMA VOOR DE HARTSLAG
TE GEBRUIKEN