Betreed een mogelijk verontreinigde atmosfeer niet tenzij u al die
factoren bevestigd weet.
1.1.4 TRAININGSPROGRAMMA
Deze beknopte geschreven richtlijnen kunnen een formeel Trainings-
programma voor het Ademhalingsmasker niet vervangen. Een
dergelijke training zou u de kans bieden om het ademhalingsmasker te
betasten, te leren hoe u het controleert, het helemaal op maat te krij-
gen, de gezichtsmasker/gezicht-dichtheid te testen, het in normale
lucht te dragen tijdens een lange gewenningsperiode, en uiteindelijk,
het in een testatmosfeer te dragen.
2. AANWIJZINGEN ALVORENS GEBRUIK
2.1 GEZICHTSMASKER
verwijder het gezichtsmasker van zijn verpakking en controleer het
visueel om er zeker van te zijn dat de dichtingsrand niet vervormd is,
dat alle onderdelen, inclusief de uitademklep, stevig op hun plaats zit-
ten en in goede staat zijn.
2.2 VOORFILTERS
Bij gebruik van vervangbare voorfilters,
zouden de voorfilters op de filters gemonteerd
moeten worden voordat ze aan het gezichts-
masker bevestigd worden. Plaats één voorfil-
ter in elke N7500-27 pasvormcontrole/filterkap
zodat alle buitenranden van de voorfilter
gelijkmatig en stevig tegen de binnenwand
van de filterkap zitten (Zie Figuur 1).
Klem de pasvormcontrole/filterkap, met
de gelijkmatig en stevig bevestigde voor-
filter, aan de filter (Zie Figuur 2).
FIGUUR 1
Montage van de voorfilter
FIGUUR 2
De kap vastmaken
NL
54