BATTERIJ INSTRUCTIES
VEILIGHEIDS INSTRUCTIES
14. DIT APPARAAT MAG AAN HET EINDE VAN ZIJN
LEVENSDUUR NIET MET HET NORMALE HUISVUIL
WORDEN WEGGEGOOID, MAAR MOET NAAR EEN
SPECIAAL INZAMELPUNT VOOR HERGEBRUIK VAN
ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATEN
WORDEN GEBRACHT. DE IN HET APPARAAT GEBRUIKTE
MATERIALEN KUNNEN WORDEN GERECYCLEERD. DOOR
GEBRUIKTE HUISHOUDELIJKE APPARATEN TE
RECYCLEREN, LEVERT U EEN BELANGRIJKE BIJDRAGE
TOT DE BESCHERMING VAN ONS MILIEU. VRAAG UW
PLAATSELIJKE OVERHEID NAAR DE INZAMELPUNTEN.
15. HET APPARAAT IS UITSLUITEND BEDOELD VOOR HET
MASSEREN VAN HET MENSELIJK LICHAAM. VOOR
SCHADE VEROORZAAKT DOOR HET GEBRUIK VAN HET
APPARAAT VOOR ANDERE DOELEINDEN, ONJUISTE
BEDIENING OF REPARATIES UITGEVOERD DOOR EEN
AMATEUR, WORDT GEEN AANSPRAKELIJKHEID
AANVAARD.
VEILIGHEIDS INSTRUCTIES
6. HOUDT VINGERS, HAAR OF ANDERE LICHAAMSDELEN
UIT DE BUURT VAN DE TELESCOPISCHE STANG, DE
VENTILATIE- EN KOELOPENINGEN VAN DE MOTOR.
7. STEEK GEEN VOORWERPEN IN DE VENTILATIE- EN
KOELOPENINGEN VAN HET APPARAAT.
8. DOMPEL HET APPARAAT NIET ONDER IN WATER.
LAAT GEEN WATER IN DE VENTILATIE- EN
KOELOPENINGEN KOMEN.
9. RECYCLE HET APPARAAT NIET VERKEERD. GOOI HET
APPARAAT AAN HET EINDE VAN ZIJN LEVENSDUUR OP
DE JUISTE WIJZE WEG.
10. GEBRUIK VOOR HET OPLADEN UITSLUITEND DE
DOOR DE OORSPRONKELIJKE FABRIKANT GELEVERDE
OPLADER.
11. CONTROLEER HET APPARAAT EN DE BATTERIJ
ZORGVULDIG VOOR ELK GEBRUIK.
12. BRENG GEEN WIJZIGINGEN AAN DE APPARATUUR
AAN.
13. LAAT HET APPARAAT NIET ONBEHEERD WERKEN OF
OPLADEN.