71
Aan muur hangende apparaatmontage
Bij montage van het apparaat aan de muur dienen
eerst de muurconsoles (met elk 4 schroeven) op
afstand „
H
“ met een tolerantie van max. ± 10 mm
(fig.1, tabel 1) met het bijgevoegde c.q. geschikte
bevestigingsmateriaal op de opstelmuur te worden
aangebracht (doorvoergaten in de muurconsoles 10
mm), muurafstanden zie paragraaf „Minimale
afstanden“.
Het installatievlak voor de muurconsoles dient egaal
te zijn. Als dit niet gewaarborgd is, dan moet onder de
consoles passend materiaal worden aangebracht.
Opstelpoten in de 3 gleuven van de muurconsoles
hangen (fig. 2).
Steunpoten (als toebehoor)
De muurconsoles kunnen extra gestut worden door
aparte steunpoten.
Uitsluitend hierbij
is de afstand
van de vloer tot de onderkant van het apparaat
102 mm.
Daardoor resulteren de volgende afstanden voor de
boorgaten voor het opschroeven van de
muurconsoles, telkens vanaf de vloer gemeten:
5. Gat: 122 mm
6. Gat: 207 mm
7. Gat: 327 mm
8. Gat: 477 mm
Nadat de opstelpoten in de muurconsoles zijn
gehangen, de steunpoten van onderen tussen de
benen van de opstelpoten schuiven (fig. 3) en
vastzetten met het bijgevoegde bevestigingsmateriaal.
Fig.1 Muurconsoles / apparaat
Fig.2
Fig.3
Opstelpoot inhangen
Steunpoot
Apparaatbreedte zie „Technische gegevens“
Ap
p
a
raath
o
o
g
te 540
Apparaat Afmeting
H
14/563 236
14/564 412
14/565 588
14/566 764
14/567 940
14/568 1116
Tabel 1
1.
2.
Summary of Contents for 14563
Page 14: ...14 Schaltplan 3 78 4514 5631...
Page 80: ...80 Schakelschema 3 78 4514 5631...
Page 90: ...90...
Page 91: ...91...