3 Veiligheid
WAARSCHUWING
Het niet in acht nemen van de gebruiksaanwijzing van het hoofdproduct
Gevaar voor zwaar letsel en ongevallen evenals schade door het niet in acht nemen van belangrijke informatie
►
Het aanvullend document is alleen geldig in samenhang met de gebruiksaanwijzing van het hoofdproduct.
Bekend zijn met alle documenten is een basisvoorwaarde voor het gebruik van het product zoals het bedoeld
is.
►
Voor het gebruik van het product moet daarom alle informatie daarover zorgvuldig gelezen en in acht geno
men worden.
LET OP
Verkeerd gebruik van de zwenkwielvergrendeling
Functieverlies, beschadiging van het product door overbelasting
►
Houd er rekening mee dat de zwenkwielvergrendeling elektro-mechanisch werkt en geen effect heeft op de
joystickfuncties. Vermijd sterke stuurbewegingen met de joystick wanneer de zwenkwielen vergrendeld zijn.
►
Bedien de zwenkwielvergrendeling alleen wanneer de rolstoel stil staat.
►
De zwenkwielvergrendeling is uitsluitend toegestaan voor kortstondig rangeren, en niet voor permanent
gebruik.
►
Voer regelmatig een visuele controle en functiecontrole uit.
►
Reinig de bouten van de zwenkwielvergrendeling, wanneer deze vuil zijn.
INFORMATIE
Houd er rekening mee, dat de zwenkwielvergrendeling alleen bij ingeschakelde rolstoelbesturing vergrendeld kan
worden.
Tijdens het transport in een voertuig moet de rolstoelbesturing beslist uitgeschakeld worden. Bij een uitgescha
kelde rolstoelbesturing worden de zwenkwielen automatisch ontgrendeld en kunnen door bewegingen tijdens het
transport minimaal versteld raken.
Zorg er na het transport in een voertuig voor, dat de zwenkwielen recht staan, voordat u de rolstoel weer uitlaadt.
Voer indien nodig een lichte stuurcorrectie uit, zodat de bouten van de zwenkwielvergrendeling weer goed kun
nen vergrendelen.
4 Gebruik
Zwenkwielvergrendeling vastzetten
1) Rijd de rolstoel zo ver naar voren, totdat de zwenkwielen recht staan.
2) Stop de rolstoel.
3) Bedien de schakelaar van de zwenkwielvergrendeling (zie afb. 1, stand "I").
→
De bouten van de zwenkwielvergrendeling schuiven uit en vergrendelen de zwenkwielvorken (zie afb. 2).
INFORMATIE: Indien de bouten niet rechtstreeks in de zwenkwielvorken grijpen, moet de stand
van de zwenkwielen licht met de joystick gecorrigeerd worden.
→
De elektrische rolstoel rijdt voorwaarts of achterwaarts rechtdoor.
Zwenkwielvergrendeling ontgrendelen
1) Stop de rolstoel.
2) Bedien de schakelaar van de zwenkwielvergrendeling (zie afb. 1, stand "O").
→
De bouten van de zwenkwielvergrendeling geven de zwenkwielvorken weer vrij. De zwenkwielen zijn ont
grendeld en kunnen weer vrij draaien.
INFORMATIE: Indien de bouten de besturing niet compleet vrijgeven (flankendruk op de bouten),
rijdt u langzaam met de rolstoel terwijl u de joystick daarbij naar links en rechts beweegt.
1 Förord
Svenska
Detta dokument gäller för specialkonstruktionen SBK 33904.002.
9
SBK 33904.002
Veiligheid
Summary of Contents for SBK 33904.002
Page 2: ...1 2 2 SBK 33904 002...
Page 15: ...4 1 2 3 1 I 2 1 2 1 O 15 SBK 33904 002...
Page 16: ...SBK 33904 002 16...
Page 17: ...17 SBK 33904 002...
Page 18: ...SBK 33904 002 18...