BE
NL
67
nooit in lijn met uw lichaam.
Bij een terugslag kan de
cirkelzaag achteruit springen,
maar kan de operator de
terugslagkrachten met passende
voorzorgsmaatregelen
beheersen.
b) Als het zaagblad vastloopt of u
het werk onderbreekt, schakel
de zaag dan uit en houd hem
stabiel in het materiaal totdat
het zaagblad tot stilstand is
gekomen. Probeer nooit de
zaag van het werkstuk te
verwijderen of naar achteren
te trekken terwijl het zaagblad
beweegt, anders kan er een
terugslag optreden.
Stel de
oorzaak voor het inklemmen
vast en los ze op.
c) Als u een zaag, die in het
werkstuk steekt, opnieuw wilt
starten, centreert u het zaagblad
in de zaagspleet en controleert
u of de zaagtanden niet in het
werkstuk blijven haken.
Als het
zaagblad vast komt te zitten,
kan het uit het werkstuk komen
of een terugslag veroorzaken
als de zaag opnieuw wordt
gestart.
d) Ondersteun grote platen om
het risico op terugslag door
een vastgelopen zaagblad te
verminderen.
Grote platen
kunnen door hun eigengewicht
doorbuigen. Platen moeten
aan beide kanten worden
ondersteund, en met name
zowel in de buurt van de
zaagspleet als ook aan de
rand.
e) Gebruik geen stompe of
beschadigde zaagbladen.
Zaagbladen met stompe of niet
goed uitgelijnde tanden zorgen
voor meer wrijving, vastlopen
van het zaagblad en terugslag
door een nauwe zaagspleet.
f) Trek voor het zagen de
instellingen voor de snijdiepte
en de snijhoek vast.
Als tijdens
het zagen de instellingen
veranderen, kan het zaagblad
klem komen te zitten en kan een
terugslag optreden.
g) Wees bijzonder voorzichtig bij
zagen in bestaande wanden of
andere niet zichtbare gebieden.
Het ingebrachte zaagblad kan
bij het zagen in verborgen
voorwerpen blokkeren en
terugslag veroorzaken.
FUNCTIE VAN DE ONDERSTE
BESCHERMKAP
a) Controleer voor elk gebruik
of de onderste beschermkap
goed sluit. Gebruik de zaag niet
als de onderste beschermkap
niet vrij kan bewegen en niet
onmiddellijk sluit. Klem of
bind de onderste beschermkap
nooit in open positie vast.
Als
de zaag per ongeluk op de
grond valt, kan de onderste
beschermkap worden gebogen.
Open de beschermkap met de
terugtrekhendel en zorg ervoor
dat deze vrij kan bewegen en
het zaagblad of andere delen
niet raakt bij alle zaaghoeken
en -diepten.
b) Controleer de functie van
de veer voor de onderste
beschermkap. Laat de zaag
voor gebruik nakijken als de
Summary of Contents for 338160 2001
Page 124: ...124...
Page 133: ...20200728_rev02_ts 133...