NL
BE
63
Proefdraaien
Voer voor aanvang van de werkzaamhe-
den en na elke vervanging van het inzet-
gereedschap een onbelaste proefrun uit.
Schakel het apparaat onmiddellijk uit als
het inzetgereedschap stroef loopt, er ster-
ke trillingen optreden of er abnormaal ge-
luid wordt gehoord.
Werkinstructies
Markeren van een werktuig
Voordat u met het werk begint, moet het
werkstuk als volgt worden gemarkeerd:
Procedure (Fig. E)
1. Leg beide werkstukken naast elkaar.
2. Trek met een potlood (niet meegele-
verd) een lijn in een rechte hoek (90
°
)
naar het aansluitpunt. Deze lijn verte-
genwoordigt het midden van de frees-
bewerking.
AANWIJZING!
Voor grotere werk-
stukken zijn meerdere aansluitpun-
ten nodig. De afstand tussen twee lij-
nen dient
≥
10 cm te bedragen. Als u
meer dan 1 groef wilt frezen, verdeel
dan de middelpunten gelijkmatig.
Bevestigen van de vlakdeu-
velfrees
Criteria
• Freesdiepte ingesteld en gecontroleerd,
Freesdiepte instellen, Pag. 61
.
• Freeshoek ingesteld, zie
.
• Hoogteverstelbare aanslag inge-
•
AANWIJZING!
Gebruik klem-
men of andere praktische mid-
delen om het werkstuk te on-
dersteunen en vast te zetten op
een stabiele ondergrond.
Houdt
u het werkstuk met de hand vast of te-
gen uw lichaam, dan is het onstabiel,
zodat u er de controle over kunt verlie-
zen.
Procedure (Fig. F)
1. Stel het apparaat bij het werkstuk.
2. De verticale centrale markering (28)
geeft het midden van de freesbewer-
king aan.
De maximale breedte van de freesbe-
werking wordt door de beide markerin-
gen van de freesbreedte (29) aange-
geven.
Bij de positionering van de hoogte
helpt de horizontale centrale marke-
ring (30) op de bodemplaat (9). De
horizontale centrale markering (30)
geeft het midden van de schijffrees
aan.
Controleer de markeringen (28/29/
30) en let erop dat de verticale centra-
le markering (28) overeenkomt met de
markeerlijn.
3. Schakel nu het apparaat in en schuif
de aandrijfmotor (7) naar voor tegen
het werkstuk.
Verbinden van de werkstukken
Criteria
• Nadat er een groef is gemaakt op de
twee werkstukken, kunnen ze worden
verbonden.
Procedure (Fig. G)
1. Doe wat lijm in de groeven.
2. Plaats vlakke deuvels (32) in de over-
eenkomstige groeven.
3. Duw beide werkstukken tegen elkaar.
4. Klem de werkstukken vast en wacht tot
de lijm is uitgehard.
Transport
Aanwijzingen voor het transport van het
apparaat:
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact. Verzeker u
