NL
52
NL
53
EINDBEUGELS
Bij bereiken van de hoogste positie
zorgt de schijfrem
13
ervoor dat de
eindbeugel omhoog
5
de motor uit-
schakelt.
1
HAAKSLUITINGEN
Zorg ervoor dat de sluitingen van de
lasthaak
9
zijn gesloten om de last te
zekeren.
1
DUBBELE KABEL
Bevestig de extra lasthaak door de 3
schroeven te verwijderen, plaats de
staalkabel rond de deviatie-as onder de
veerbuffer-unit
12
. Plaats de schroeven
terug en draai ze goed vast.
1
LASTEN HEFFEN
1.
Druk om de last omhoog te take-
len.
2.
Druk om de last te laten zakken.
1
STAALKABEL
Controleer de staalkabel voor gebruik
op schade.
A
Kabel is gespleten
B
Kabel is gebogen
1
Bevestig de lasthaak
9
in de haakbeu-
gel
15
.
2
Let op!
Controleer de schijfrem voor
gebruik.
Druk bij een noodgeval meteen op de
noodstop-schakelaar 6
om de motor
meteen te stoppen. Draai in de richting
van de klok om te ontgrendelen.
2
Zorg ervoor dat de staalkabel correct
wordt opgewonden op de kabeltrom-
mel.
2
Wanneer de haak omlaag wordt ge-
bracht en de kabel bijna volledig is ge-
bruikt, schakelt de eindbeugel omlaag
14
de motor uit.
2
Let op!
Draai de kabel nooit verder
af dan de rode markering.
Let op!
Controleer voor gebruik of
de lasthaak niet is beschadigd of
vervormd.
Let op!
Zorg ervoor dat de remschijf
boven de extra lasthaak is geplaatst.
Let op!
Stop de motor altijd alvorens
van richting te veranderen.
Let op!
Stop de motor meteen als
de last niet kan worden getakeld.
Let op!
Als de staalkabel is bescha-
digd, moet deze worden vervangen
door een gekwalificeerde persoon.
2
2
1
2
3
1
1
2
1
1
A
B