16
5. De netaansluiting
De door u aangeschafte dompelpomp is al met een
geaarde stekker uitgerust. De pomp moet worden
aangesloten op een geaarde stopcontactdoos met 230
Volt/ 50 Hz.
Controleer of het stopcontact voldoende beveiligd is
(minstens 6 A) en of het volledig in orde is.
Steek de pompstekker in het stopcontact en de pomp is
nu startklaar.
Opmerking
Moest de netkabel of de stekker door uitwendige
oorzaken beschadigd worden, mag de kabel niet
hersteld worden.
Attentie!
Dit werk mag enkel en alleen door en elektrovakman of
door de klantendienst van ISC GmbH worden
uitgevoerd.
6. Gebruik
Deze pomp is ideaal als kelderpomp. In een schacht
aangebracht, verleent ze veiligheid in geval van
overstromingen.
Ze worden echter ook overal gebruikt waar water naar
een andere plaats moet worden overgebracht, bv. in
huishouding, in de landbouw, in de tuinbouw, in de
sanitaire industrie en vele toepassingen meer.
7. Inbedrijfstelling
Nadat u deze installatie- en gebruiksaanwijzing
aandachtig heeft gelezen, kunt u met inachtneming van
de hierna volgende punten de nieuwe pomp in bedrijf
stellen:
●
Controleer of de pomp op de schachtbodem rust.
●
Ga na of de drukleiding reglementair aangebracht
werd .
●
Controleer of de elektrische aansluiting 230 Volt/50
Hz bedraagt.
●
Controleer of het elektrisch stopcontact aan de
reglementaire voorschriften voldoet.
●
Ga na of er geen vocht of water aan de netaansluiting
kan komen.
●
Zorg ervoor dat de pomp nooit droogloopt.
8. Onderhoudsvoorschriften
De dompelpomp hoeft geen bijzonder onderhoud en is
een beproefd kwaliteitsartikel dat aan strenge
eindcontroles onderworpen is.
Met het oog op een lange levensduur en een permanent
gebruik raden wij u nochtans aan, de pomp aan
regelmatige controles en onderhoud te onderwerpen.
Opgelet! Belangrijk!
●
Voor begin van om het even welke
onderhoudswerkzaamheden steeds de stekker uit het
stopcontact trekken.
●
Wordt de pomp wel eens vaker getransporteerd, is
het raadzaam ze na ieder gebruik met zuiver water te
reinigen.
●
Bij stationaire installatie is een driemaandelijkse
controle van de werking van de vlotterschakelaar aan
te bevelen.
●
Vezeltjes en vaste deeltjes die zich eventueel in het
pomphuis vastgezet hebben, met een waterstraal
verwijderen.
●
Alle 3 maanden de schachtbodem van slijk bevrijden
en ook de schachtwanden reinigen.
●
Afzetting op de vlotterschakelaar met zuiver water
schoonmaken.
Schoonmaken van het schoepenwiel
Bij een bovenmatige afzetting in het pomphuis dient het
onderste gedeelte van de pomp als volgt te worden
ontmanteld:
1.
Verwijder de 4 bouten aan de onderkant van de
aanzuigkorf.
2.
Neem de aanzuigkorf af van het pomphuis.
3.
Maak het schoepenwiel met helder water schoon.
Let op! Laat de pomp niet rusten op het
schoepenwiel!
4.
Voor de assemblage gaat u in omgekeerde
volgorde te werk.
9. Afstellen van het in-/uitschakelpunt
Automatische modus:
Het in- of uitschakelpunt kan traploos worden afgesteld
door de vlotterkabel op de handgreep (fig. 2 / pos. 6) van
de pomp vast te klemmen.
Het schakelverschil kan universeel worden afgesteld
door de vlotterkabel langer of korter te maken.
Gelieve de volgende punten te controleren vóór U de
pomp in gebruik neemt:
●
De vlotterschakelaar moet zo aangebracht zijn dat de
schakelpunthoogte IN en de schakelpunkthoogte UIT
gemakkelijk en met weinig kracht kan bereikt worden.
Controleer dit door de pomp in een met water gevuld
vat te plaatsen en de vlotterschakelaar met de hand
voorzichtig op te heffen en daarna weer te laten
zakken. Daarbij kunt U zien of de pomp zich in- en
uitschakelt.
●
Let er wel op dat de afstand tussen de kop van de
vlotterschakelaar en zijn afscherming niet te klein is.
Als de afstand te klein is, is de perfecte functie niet
gewaarborgd.
●
Let bij het afstellen van de vlotterschakelaar erop dat
de vlotterschakelaar niet de grond raakt vóór de
NL
Anleitung_E_KTP_3070_SPK7:_ 06.02.2009 14:44 Uhr Seite 16