DESG3
V. 01
–
17/09/2013
12
©Velleman nv
Reinig het te behandelen oppervlak grondig en verwijder stof en vet. Plak niet te behandelen delen
zorgvuldig af.
Gebruik het spuitpistool niet in een winderige omgeving. Zorg bij gebruik binnenshuis voor voldoende
ventilatie en let erop dat er geen oplosmiddeldampen door het spuitpistool worden aangezogen.
Houd het spuitpistool tijdens het gebruik zo horizontaal mogelijk. Houd op een gelijke afstand van
het te spuiten oppervlak. Beweeg het pistool niet heen en weer tijdens het verven
[I]
. Tip: beweeg
tijdens het spuiten de hele arm en niet enkel de pols.
Houd het pistool op een constante afstand van 25-30 cm (10-12") van het oppervlak. Breng het
pistool dichter bij het oppervlak wanneer u slechts een kleine hoeveelheid verf wilt aanbrengen.
Vergroot de afstand om meer verf aan te brengen.
Wanneer de vloeistof zich ophoopt in de spuitkop
[10]
en het luchtventiel
[9]
, reinig deze dan met
een oplosmiddel of water.
Start en richt het pistool buiten het te behandelen oppervlak, en beweeg geleidelijk aan over het
oppervlak. Gebruik snellere bewegingen om een dunnere verflaag te verkrijgen, gebruik trage
bewegingen voor een dikkere verflaag.
Zorg ervoor dat u de eerste verflaag op een verticaal oppervlak niet te dik aanbrengt.
Breng elke laag afzonderlijk aan. Leef de droogtijd aangegeven door de fabrikant van het product
zorgvuldig na.
Behandel grotere oppervlakken of voorwerpen met kruiselingse bewegingen
[J]
, van boven naar
onder en vervolgens van links naar rechts. Dit zorgt voor een maximale dekking.
Onderbreek de beweging niet halfweg het oppervlak om onregelmatigheden te vermijden. Stop ook
niet onmiddellijk wanneer u de rand van het oppervlak hebt bereikt maar ga verder tot de volledige
spuitstraal de rand heeft bedekt.
8.
Reiniging en onderhoud
Het toestel reinigen is van essentieel belang voor een goede werking. Reinig het spuitpistool onmiddellijk
na elk gebruik.
Trek steeds de stekker uit het stopcontact voor u het toestel reinigt.
Dompel het toestel nooit onder in water of andere vloeistoffen om het te reinigen.
Opgelet
: Reinig de spuitkop of luchtgaten in het spuitpistool nooit met een scherp, metalen voorwerp.
Om het spuitpistool te reinigen, gaat u als volgt te werk:
1.
Schakel het toestel uit en trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Knijp de trekker enkele seconden in zodat de vloeistof in het spuitpistool terugloopt in het reservoir.
3.
Draai het reservoir los en giet de resterende vloeistof terug in de oorspronkelijke verpakking.
4.
Reinig het reservoir en de aanzuigbuis met een borstel.
5.
Vul het reservoir met oplosmiddel of water en schroef het reservoir terug op zijn plaats.
Waarschuwing
: Gebruik uitsluitend oplosmiddelen met een vlampunt hoger dan 21 °C.
6.
Schakel het toestel in en spuit het oplosmiddel of water in een container of op een doek.
7.
Herhaal de bovenstaande stappen totdat er helder oplosmiddel of water uit de spuitkop komt.
8.
Schakel het toestel uit.
9.
Ledig het reservoir volledig.
10.
Houd de verzegeling vrij van vloeistofresten en controleer op beschadigingen. Gebruik het
spuitpistool niet indien de verzegeling beschadigd is.
11.
Reinig de buitenkant van het spuitpistool en het reservoir met een doekje gedrenkt in oplosmiddel
of water.
12.
Draai de kwartelmoer los
[8]
en verwijder het luchtventiel
[9]
en spuitkop
[10]
.
13.
Reinig de onderdelen met een borstel en oplosmiddel of water. Laat goed drogen en zet de
onderdelen opnieuw in elkaar.
14.
Vervang de luchtfilter
[K]
als deze vuil is. Verwijder de klep van de luchtfilter
[1]
en vervang de
filter. Plaats de klep terug op zijn plaats.
9.
Technische specificaties
voeding
230 VAC 50 Hz
max. vermogen
500 W
reservoir
700 ml
max. debiet
850 ml/min
max. viscositeit
60 DIN-s