13
U moet eerst het bedieningspaneel aandoen.
Druk om dit te doen op een van de toetsen of
begin gewoon te fietsen. De display zal oplichten
en het bedieningspaneel kan dan gebruikt wor-
den.
Kies een programma voor de hartslag.
Om een van de
twee programma's
te kiezen, druk op
de toets met het
hartslag teken een
of twee keer totdat
P1 of P2 op de display verschijnt. Het eerste
gedeelte van de display zal aangeven hoe lang
het programma duurt.
Voer in de doelinstelling van de hartslag.
Wanneer u het eer-
ste programma
voor de hartslag,
kiest zal de maxi-
mum doelinstelling
voor de hartslag op
de display verschijnen. Gebruik de toename en
afname toetsen om de instelling te veranderen
zoals gewenst. Opmerking: Met de verandering
van de maximum doelinstelling voor de hartslag
zal de intensiteit van het programma veranderen.
Wanneer u het tweede programma voor de
hartslag kiest, zal de instelling voor de hartslag
op de display verschijnen. Gebruik de toename
en afname toetsen om de instelling te veranderen
zoals gewenst. Opmerking: Dezelfde instelling
wordt voor de duur van het programma gebruikt.
Houd de handgreep met polssensor vast of
draag de optionele borstkas-polssensor.
Om een programma voor de hartslag te gebrui-
ken moet u de handgreep met polssensor gebrui-
ken of de optionele borstkas-polssensor dragen
(zie pagina 19 voor meer informatie over de
borstkas-polssensor). Opmerking: Het bediening-
spaneel zal de hartslag niet goed kunnen aange-
ven wanneer u zich aan de handgreep met pols-
sensor vasthoudt of wanneer u de borstkas-pols-
sensor draagt.
Wanneer u de borstkas-polssensor gebruikt, is het
niet nodig om de handgreep tijdens het program-
ma continu vast te houden. U moet, enigzins, de
handgreep regelmatig vasthouden om te zorgen
dat het programma goed werkt. Elke keer dat u
de handgreep gebruikt moet u uw handen voor
minstens 30 seconden op de metalen contac-
ten plaatsen.
Begin te fietsen om het programma te starten.
Het eerste programma voor de hartslag—Dit
programma is in 30 segmenten verdeeld, iedere
segment is een minuut. Een doelinstelling voor de
hartslag is voor ieder segment geprogrammeerd.
Opmerking: Dezelfde instelling kan voor twee of
meerdere opeenvolgende segmenten geprogra-
meerd worden.
Het tweede programma voor de hartslag—
Dezelfde hartslag instelling wordt voor alle seg-
menten van dit programma gebruikt.
5
4
3
2
1
HOE EEN PROGRAMMA VOOR DE HARTSLAG
DE GEBRUIKEN