93
c) Vervangen van de banden
Al naar de ondergrond en de manier van rijden zullen de banden net als bij een echte auto mettertijd
verslijten.
Door de standaard velgmeenemer (12mm zeskant) kunnen er vele verschillende combinaties van vel-
gen en banden uit de handel met toebehoren gebruikt worden.
Indien u de velgen/wielen door andere wilt vervangen, heeft u een geschikte
sleutel nodig die tevens in de handel met toebehoren verkrijgbaar is (zie af-
beelding rechts).
d) Instellen van het spoor van de vooras
Het spoor duidt de positie van de wielen t.o.v. de rijrichting aan. Bij dit voertuig moet het spoor van de
vooras met behulp van een draadstang ingesteld worden. Deze heeft aan het ene uiteinde een rechtse
schroefdraad en aan het andere uiteinde een linkse schroefdraad. Zo hoeft de spoorstang voor de
verstelling niet gedemonteerd te worden.
De verstelling kan gedaan worden met behulp van een kleine steeksleutel. Let bij het draaien van de
spoorstang op de draairichting. Verstel beide spoorstangen op gelijke wijze.
Tijdens het rijden worden de wielen door de rolweerstand voor-
aan uit elkaar geduwd en staan daarom niet meer exact parallel.
Ter compensatie kunnen de wielen van het stilstaand voertuig zo
ingesteld worden dat ze vooraan lichtjes naar binnen wijzen.
Dit voorspoor zorgt tegelijkertijd voor een betere zijdelingse ge-
leiding van de band en zodoende voor een directere reactie van
de besturing.
Als u een zachtere reactie van de besturing wenst, kan dit via de
instelling van een naspoor bereikt worden, d.w.z. de wielen van
het stilstaand voertuig wijzen naar buiten.
De pijl in beide tekeningen geeft de rijrichting aan.
De instelhoek is ter verduidelijking overdreven
afgebeeld in de tekeningen.
In de rechter afbeelding is een van de spoorstangen aan de vooras
van het voertuig gemarkeerd.
¨