93
Wielvlucht aan de achteras instellen:
De verstelling van de wielvlucht gebeurt zoals bij de voor-
as door het verdraaien van de bovenste draagarmen (A).
Aangezien de bovenste draagarm telkens een linkse en
rechtse schroefdraad heeft, moet u de draagarm voor het
verplaatsen van de wielvlucht niet uitbouwen.
In de demperbrug (B) en de fusee (C) bevinden zich nog
verschillende uithangpunten voor de bovenste draagarm.
Bij het in- en uitvederen van het wiel verandert de wiel-
vlucht zich afhankelijk van de montagepositie (vb. meer
wielvlucht bij het inveren van het wiel).
De fabrikant heeft hier voor het voertuig reeds een opti-
male instelling gekozen, daarom moet u de bevestigings-
punten (B) en (C) niet wijzigen.
A
B
C
Summary of Contents for 1400039
Page 102: ...102 ...
Page 103: ...103 ...