118
• Functie #6, groene LED knippert 1x lang + 1x kort: Startmodus bij het vertrek
Afhankelijk van de instelling vindt het vertrek krachtig of minder krachtig plaats.
Bij een hogere instelling volgt een verhoogde aanloopstroom, wat de aandrijving in het bijzonder belast (aandrijfrit-
sel, hoofdtandwiel, differentieel, banden). Wij raden u aan om de instelling "snel" of "zeer snel" alleen bij losse
ondergrond te gebruiken. Bij een ondergrond met een goede greep moet de instelling "normaal" of "langzaam"
worden geselecteerd.
• Functie #7, groene LED knippert 1x lang + 2x kort: Timing
Hogere waarden voor de timing leiden tot een hoger toerental van de motor. Daarbij neemt het draaimoment af en
de stroomopname toe (lage rijtijd, oververhitting van motor en rijregelaar). De fabrikant heeft voor de in het voertuig
ingebouwde motor al de optimale instelling gekozen; deze mag enkel door ervaren modelbouwsporters worden
veranderd.
• Functie #8, groene LED knippert 1x lang + 3x kort: Onderspanningsbescherming
Als LiPo-rijaccu wordt gebruikt, moet absoluut de onderspanningsbeveiliging worden geactiveerd (bijv. wij raden
tenminste 3,0 V per cel aan).
Wanneer de rijregelaar bij een 2-cellige LiPo-accu (volledig opgeladen ca. 8,4 V) en de instelling "3,0 V/cel" een
accuspanning van 6,0 V meet, kan de rijregelaar ofwel het vermogen verminderen of de motor onmiddellijk uitscha-
kelen (hoe de rijregelaar reageert, kan in functie #10 worden ingesteld).
Bij gebruik van een NiMH-rijaccu moet u de onderspanningsbeveiliging uitschakelen.
Anders kunt u bij gebruik van een NiMH-rijraccu de onderspanningsbescherming op 2,8 V/cel instellen.
Hierbij gebeurt een uitschakeling bij een accuspanning van 5,6 V (de rijregelaar herkent namelijk niet dat een 6-cel-
lige NiMH-rijaccu is aangesloten, anders berekent hij de uitschakelspanning altijd uitgaand van de veronderstelling
dat een 2-cellige LiPo-accu aanwezig is).
• Functie #9, groene LED knippert 1x lang + 4x kort: Boventemperatuurbescherming
De boventemperatuurbescherming van de rijregelaar kan op 90°C of 100°C worden ingesteld. De rijregelaar scha-
kelt de motor uit wanneer de rijregelaar te warm wordt. In dit geval knippert de groene LED en geeft de motor elke
2 seconden een geluidssignaal weer.
Als de rijregelaar voldoende is afgekoeld, is hij opnieuw fuctiegereed.
Om veiligheidsredenen raden wij u aan de boventemperatuurbescherming nooit uit te schakelen. Bij een uitge-
schakelde overtemperatuurbeveiliging kan de rijregelaar door oververhitting defect raken en verliest u het recht op
garantie!
• Functie #10, groene LED knippert 1x lang + 5x kort: Beveiligingsfunctie
Hier kunt u instellen, wat gebeurt wanneer de onderspanningsbescherming van de rijregelaar (functie #8) wordt
geactiveerd (accuspanning te laag; bescherming tegen diepontlading van een LiPo-accu).
U kunt tussen een verminderen van het motorvermogen en het onmiddellijk uitschakelen van de motor kiezen.
Bij vermogensvermindering wordt het motorvermogen tot 20% beperkt. U kunt het voertuig in dit geval vb. op een
renbaan nog langs de zijde rijden of u kunt het voertuig doen terugkeren.
Summary of Contents for 1404631
Page 130: ...130 ...
Page 131: ...131 ...