63
8. Ingebruikname, kalibratie en instellingen
a) Vliegaccu opladen
Verwijder eerst de accu uit de drone. Maak hiervoor de steekcontact van de printplaat los en trek de accu aan de lus
uit de bevestigingslussen .
Trek niet aan de kabel om de accu uit de drone te verwijderen.
Verbind de vliegaccu met de USB-oplader en steek deze in een type A USB-bus (5 V DC). Dit kan een uitgang op een
computer, een adapter of een powerbank zijn.
De stekker heeft een beveiliging tegen verkeerde aansluiting. De stekker past slechts op een manier.
Probeer de stekker niet met geweld in de bus te drukken. Draai indien nodig de stekker om.
Het opladen duurt ongeveer 60 minuten (helemaal leeg -> vol opgeladen). Zodra de rode oplaad-led op de adapter
uit gaat is de accu klaar om te vliegen.
Zodra de accu leeg is, knippert de led op de drone.
Zorg dat u de quadrocopter veilig landt en laad de accu op.
b) Instellen van de passende vluchtfrequentie
Voor het vliegen kan tussen verschillende draadloze frequenties worden gewisseld. Zo kunnen meerdere soortgelijke
drones onafhankelijk van elkaar tegelijk gebruikt worden.
Na het verbinden van de vliegaccu met de drone knipperen de leds snel. Schakel de afstandsbediening in en druk op
de linker joystick helemaal omhoog en vervolgens helemaal naar beneden. Zodra de afstandsbediening een geluids-
signaal geeft is de frequentie-instelling voltooid. De leds van de drone branden gelijkmatig.