•
U mag het model alleen besturen als uw reactievermogen niet verminderd is. Ver-
moeidheid of beïnvloeding door alcohol of medicijnen kunnen verkeerde reacties
tot gevolg hebben.
•
Let er bij draaiende rotoren op dat er zich geen voorwerpen en lichaamsdelen in
de draai- en aanzuigzone van de rotoren bevinden.
•
Vlieg nooit direct op toeschouwers of op uzelf af.
•
Motoren, elektronica en vliegaccu kunnen tijdens het gebruik van het model warm
worden. Maak daarom een pauze van 5 - 10 minuten, vóórdat u de vliegaccu
opnieuw laadt.
•
Laat de afstandsbediening (zender) steeds ingeschakeld zolang het model in ge-
bruik is. Zet na het landen altijd eerst de aan-/uitschakelaar op de quadrocopter
op “off” (“OFF”). Pas daarna mag de afstandsbediening of zender uitgeschakeld
worden.
•
In geval van een defect of een verkeerde werking moet eerst de oorzaak van de
storing verholpen worden voordat u het model opnieuw start.
•
Het model en de afstandsbediening mogen niet gedurende langere tijd aan direct
zonlicht of grote hitte blootgesteld worden.
•
In het geval van een ernstige crash (bijvoorbeeld van een grote hoogte), kunnen
de elektronische gyro-sensoren worden beschadigd. Voordat een nieuwe vlucht
plaats vindt, moet daarom absoluut de volledige functie gecontroleerd worden!
•
Bij een crash moet u meteen de rotormotoren uitschakelen. Draaiende rotoren
kunnen bij contact met hindernissen resp. bij contact met obstakels worden be-
schadigd. Voor een nieuwe vlucht moeten deze absoluut worden gecontroleerd op
mogelijke scheuren of breuken!
•
Om schade aan het model door een val als gevolg van onderspanning of een
diepe ontlading van de batterij te voorkomen, raden wij u aan tijdens de vlucht op
de signalen voor onderspanning te letten.
•
Let op het maximale bereik overeenkomstig de technische gegevens in deze ge-
bruiksaanwijzing. In het geval van besturing via een smartphone, is de mogelijke
reikwijdte ongeveer 50 % van een haalbare reikwijdte met de afstandsbediening-
zender. Als het model buiten bereik is, zal het ongecontroleerd vliegen totdat het
crasht! De waarborg/garantie komt te vervallen!
Voorschriften voor batterijen en accu’s
Het gebruik van batterijen en accu’s is vandaag de dag weliswaar vanzelfspre-
kend, maar er bestaan toch tal van gevaren en problemen. Vooral bij LiPo-/
Li-Ion-accu’s met hun hoge energie-inhoud (in vergelijking met gewone NiMH-
accu’s) dient men verschillende voorschriften in acht te nemen, omdat er an-
ders explosie- en brandgevaar bestaat.
Houd daarom in ieder geval rekening met de volgende informatie en veilig-
heidsinstructies voor de omgang met batterijen en accu’s.
a) Algemeen
•
Houd batterijen en accu’s uit de buurt van kinderen. Bewaar batterijen/accu’s bui-
ten het bereik van kinderen.
•
Laat batterijen/accu’s niet rondslingeren. Er bestaat dan gevaar dat ze door kin-
deren of huisdieren worden ingeslikt. Neem in dat geval direct contact op met
een arts!
•
U mag batterijen/accu’s nooit kortsluiten, demonteren of in het vuur werpen. Er
bestaat explosiegevaar!
•
Lekkende of beschadigde batterijen/accu’s kunnen bij contact met de huid che-
mische brandwonden veroorzaken. Gebruik in dergelijke gevallen geschikte vei-
ligheidshandschoenen.
•
Uit batterijen en accu’s lekkende vloeistoffen zijn chemisch uiterst agressief. Voor-
werpen of oppervlakken die in contact komen met lekkende of defecte accu’s of
batterijen, kunnen ernstig beschadigd raken. Bewaar batterijen/accu’s daarom op
een daarvoor geschikte plaats.
•
Gewone (niet-oplaadbare) batterijen mogen niet worden opgeladen. Er bestaat
brand- en explosiegevaar! Niet-oplaadbare batterijen zijn uitsluitend bestemd voor
eenmalig gebruik en dienen als ze verbruikt zijn, op een correcte manier te worden
verwijderd. Laad uitsluitend accu’s op die daarvoor bestemd zijn. Gebruik een
geschikte lader.
•
Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), moet u de bat-
terijen/accu’s uit de zender halen om beschadigingen door lekkende batterijen/
accu’s te voorkomen. Koppel de vliegaccu volledig los van het vliegmodel en haal
hem uit het vliegmodel.
Bewaar batterijen en de rij-accu op een droge, schone en koele plaats die voor
kinderen niet toegankelijk is. Installeer een rookmelder in de ruimte. Het risico
op brand (of giftige rookontwikkeling) kan niet worden uitgesloten. Vooral accu’s
voor de modelbouw zijn aan hoge belastingen onderhevig (bijv. hoge laad- en
ontlaadstromen, trillingen etc.).
•
Vervang steeds het volledige set batterijen of accu’s in de zender. Gebruik geen
volle en halfvolle batterijen of accu’s door elkaar. Gebruik steeds batterijen of
accu’s van hetzelfde type en dezelfde fabrikant. U mag nooit oplaadbare en niet-
oplaadbare batterijen door elkaar gebruiken!
•
Let bij het plaatsen van de batterijen/accu’s in de zender resp. bij het aansluiten
van een vliegaccu op het vliegmodel op de juiste polariteit (plus/+ en min/-). Bij
onjuiste poolrichting wordt niet alleen uw model, maar ook de accu beschadigd.
Er bestaat brand- en explosiegevaar!
•
U mag de lader en de vliegaccu niet aan hoge/lage temperaturen en direct zonlicht
blootstellen.
•
Batterijen/accu’s mogen niet vochtig of nat worden. Hetzelfde geldt voor de lader.
U mag de lader alleen in droge en gesloten ruimtes gebruiken. Bij de vliegaccu
bestaat brand- en explosiegevaar door vocht!
Vooral accu’s met lithium-technologie (bijv. LiPo-/Li-Ion-accu’s) zijn vanwege de
gebruikte chemicaliën zeer gevoelig voor vocht!
•
Ontkoppel de vliegaccu voor het aansluiten aan de lader volledig van uw model.
Laat de vliegaccu tijdens het laden nooit aangesloten op de quadrocopter. Dit
kan beschadigingen aan lader, quadrocopter of vliegaccu veroorzaken! Haal de
vliegaccu uit het quadrocopter om deze op te laden.
•
Plaats de lader en de accu op een niet-brandbaar en hittebestendig oppervlak
(bijv. een stenen tegel). Zorg voor voldoende afstand tot brandbare voorwerpen.
Zorg voor voldoende afstand tussen de lader en de accu en leg de accu nooit op
de lader.
•
Laad geen accu’s op die nog heet zijn (bijv. veroorzaakt door een hoge ontla-
dingsstroom in het model). Laat de accu eerst tot op kamertemperatuur afkoelen
voordat u deze oplaadt.
•
Omdat zowel de lader als het accupack warm worden tijdens het opladen, moet er
voor voldoende ventilatie gezorgd worden. Dek de lader en de vliegaccu nooit af!
•
Laad accu’s nooit onbeheerd op. Controleer regelmatig of de accu overmatig ver-
hit raakt of opzwelt. Als dit het geval is, bestaat er een acuut explosie- en brand-
gevaar! Stop direct met laden, ontkoppel de accu van de lader en breng deze naar
een plek (bijv. buitenshuis) waar een exploderende resp. in brand geraakte accu
geen schade kan veroorzaken.
•
Koppel de vliegaccu los van de lader als de accu volledig opgeladen is.
•
Beschadig nooit de buitenkant van een accu. Laad nooit beschadigde, lekkende
of vervormde accu’s op. Dit kan brand of een explosie tot gevolg hebben! Ver-
wijder een dergelijke onbruikbaar geworden accu op milieuvriendelijke wijze en
gebruik deze niet meer.
•
Laad accu’s regelmatig op (ongeveer elke 2 à 3 maanden), omdat de accu’s zich
anders door zelfontlading te diep ontladen. Daardoor worden de accu’s onbruik-
baar!
LiPo-/Li-Ion-accu’s behouden hun energie normaal gesproken gedurende meer-
dere maanden, maar ze worden door een diepteontlading blijvend beschadigd en
kunnen niet meer worden gebruikt.
b) Aanvullende informatie over lithium-accu’s
Moderne accu’s gebaseerd op lithiumtechnologie beschikken over een duide-
lijk hogere capaciteit dan NiMH- of NiCd-accu’s en wegen ook duidelijk min-
der. Dit maakt dit soort accu’s erg interessant voor gebruik in de modelbouw
en hier worden dan ook meestal zogeheten LiPo-accu’s (lithium-polymeer) of
Li-Ion-accu’s gebruikt.
Voor lithium-accu’s is echter bij het laden/ontladen en tijdens het gebruik de
nodige zorgvuldigheid vereist.
Daarom willen wij u in de volgende hoofdstukken erover informeren, welke
gevaren er bestaan en hoe deze kunnen worden voorkomen, zodat dergelijke
accu’s lange tijd hun capaciteit behouden.
•
De buitenste laag van veel lithium-accu’s bestaat meestal slechts uit een dikke
folie en is daarom zeer kwetsbaar. Demonteer of beschadig de accu niet. Laat
de accu niet vallen en steek er geen voorwerpen in! Vermijd iedere mechanische
belasting van de accu en trek ook nooit aan de aansluitkabel van de accu! Er
bestaat brand- en explosiegevaar!
•
Let hier ook op als de accu in het model wordt bevestigd of uit het model verwij-
derd wordt.
•
Let er bij gebruik, op- of ontladen, transport en opslag van de accu op dat deze
niet oververhit raakt. Plaats de accu niet in de buurt van warmtebronnen en zorg
er ook voor dat de accu niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht. Als de accu
oververhit raakt, bestaat er brand- en explosiegevaar! De accu mag nooit een
hogere temperatuur dan +60 °C hebben. (Neem eventuele extra informatie van
de fabrikant op de accu in acht!).
•
Als de accu beschadigingen aan het omhulsel vertoont of is opgezwollen/opgebla-
zen, mag de accu niet meer worden gebruikt. Laad hem niet meer op. Er bestaat
brand- en explosiegevaar!
•
Pak de accu slechts voorzichtig vast en gebruik geschikte beschermende hand-
schoenen. Voer de accu op milieuvriendelijke wijze af.
•
Bewaar dergelijke accu’s in geen geval meer in een woning of een huis/garage.
Beschadigde of opgeblazen lithium-accu’s kunnen spontaan in brand vliegen.
•
Gebruik voor het laden van lithium-accu’s alleen een hiervoor geschikte lader en
gebruik de juiste laadprocedure. Conventionele laders voor NiCd-, NiMH- of lood-
accu’s mogen niet worden gebruikt vanwege het brand- en explosiegevaar! Kies
afhankelijk van de accu altijd de juiste laadprocedure.
•
Als u een lithium-accu met meer dan één cel laadt, gebruik dan absoluut een zog.
balancer (bijv. in de hier geleverde lader al geïntegreerd).
•
Laad LiPo-/Li-Ion-accu’s met een laadstroom van max. 1C (tenzij anders aange-
geven door de fabrikant van de accu!). Dat betekent dat de laadstroom niet groter
mag zijn dan de op de accu afgedrukte capaciteitswaarde (bijv. accucapaciteit
1000 mAh, max. laadstroom 1000 mA = 1 A).